In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Overheid
Je kent het verschil tussen accijnzen subsidies
Je kent de opbouw van de collectieve sector
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Video
Slide 3 - Video
Collectieve sector en particuliere sector
Collectieve sector Overheid en sociale zekerheid instellingen waar iedereen gebruik van kan maken.
Particuliere sector Bedrijven, willen goederen en diensten verkopen om winst te maken.
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Sleep de goederen en/of diensten naar de juiste sector.
collectieve sector
particuliere sector
Slide 6 - Sleepvraag
Slide 7 - Video
Accijns
Kostprijsverhogende belasting op:
- Tabak
- Alcohol
- Benzine
Doel: beperken van het gebruik van deze producten. Minder externe effecten. Geld gebruikt overheid oa voor het bestrijden van de uitstoot van co2 enz...
Slide 8 - Tekstslide
De overheid grijpt in
Subsidies
Stimuleren van de consumptie van bepaalde goederen en diensten
→ De prijs gaat omlaag
Accijns
Afremmen van de consumptie van bepaalde goederen en diensten
→ De prijs gaat omhoog
→ Indirecte belasting
Belasting op inkomen, winst, vermogen
Correctie van de grote verschillen tussen inkomens door de werking van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt.
→ Directe belasting
→ Progressief
Progressief: Mensen met een hoog inkomen betalen in verhouding meer belasting dan mensen met een laag inkomen.
Bedrijven moeten een deel van de verkoopprijs als accijns aan de overheid afstaan.
→ Het wordt voor bedrijven minder aantrekkelijk om het product aan te bieden.
→ Het aanbod daalt.
→ Het product wordt duurder.
→ De vraag naar het product daalt.
Slide 9 - Tekstslide
Waar geeft de overheid (behalve subsidies) geld aan uit?
Slide 10 - Woordweb
Uitgaven overheid
Slide 11 - Tekstslide
Inkomsten overheid
Slide 12 - Tekstslide
Collectieve goederen
Collectieve goederen zijn goederen die alleen door de overheid geleverd kunnen worden.
De particuliere sector kan deze goederen niet leveren, omdat het goed niet leverbaar is in eenheden per persoon.
Bijvoorbeeld:
Aanleggen van dijken
Straatverlichting
Politie
De overheid laat inwoners betalen door middel van belastingheffing.
Slide 13 - Tekstslide
Waarom collectieve goederen?
1) Belangrijk voor iedereen (politie)
2) Zelf kwaliteit bewaken (rechtspraak)
3) Kosten zijn niet te delen (straatverlichting)
4) Het moet betaalbaar blijven (onderwijs)
Slide 14 - Tekstslide
Huiswerk
Hoofdstuk 6, Paragraaf 3, vraag 1 t/m 9
Slide 15 - Tekstslide
Wat was accijns ook alweer?
Slide 16 - Open vraag
Accijns
Kosten van aanbieder stijgen
Aanbodlijn stijgt van Qa naar Q'a
Daardoor stijgt de prijs van P0 naar P1
Slide 17 - Tekstslide
Overheid
Groene gedeelte is de belastingopbrengst van de overheid.
Slide 18 - Tekstslide
Hoeveel % belasting betaal je in NL over je loon?
Slide 19 - Woordweb
4 schijven met verschillende %
Slide 20 - Tekstslide
Stel, je inkomen is bruto €45.000
.
Deel 1 valt in schijf 1,
Deel 2 in schijf 2
Laatste deel in schijf 3.
Totale belasting = €16.800
Slide 21 - Tekstslide
Soorten inkomstenbelasting
Progressief: Hoe hoger het inkomen, hoe meer belasting je moet betalen
Vlaktaks: iedereen betaalt hetzelfde percentage over het inkomen.