Stelling: citeren is hetzelfde als een open vraag beantwoorden (in je eigen woorden, in het Nederlands antwoorden)
A
True
B
False
Slide 10 - Quizvraag
Question coming up:
29 In welke zin maakt de schrijfster van dit artikel voor het eerst duidelijk dat ze twijfels heeft over de aanpak van de ouders? Citeer (= schrijf over uit de tekst) de eerste twee woorden van deze zin.
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
29 In welke zin maakt de schrijfster van dit artikel voor het eerst duidelijk dat ze twijfels heeft over de aanpak van de ouders? Citeer (= schrijf over uit de tekst) de eerste twee woorden van deze zin.
Slide 13 - Open vraag
To do now:
Geef je buurman/vrouw feedback op zijn/haar antwoord. Waarom is het wel/niet goed?
Slide 14 - Tekstslide
Questions
In the next slides, answer every question in two ways:
- Firstly: formulate your own answer
- Secondly: with multiple choice answer possibilities
Why do you think we're doing this?
Slide 15 - Tekstslide
30 - "a list of 100 outdoor challenges" [paragraph 2] What is the main aim of this list, according to the text?
Slide 16 - Open vraag
30 - "a list of 100 outdoor challenges" [paragraph 2] What is the main aim of this list, according to the text?
A
to develop the children’s interest in wildlife and science
B
to keep the children away from unsuitable entertainment
C
to spend more quality time as a family together
D
to strengthen the bond between the sisters
Slide 17 - Quizvraag
31 - Which conclusion does paragraph 3 lead up to?
Slide 18 - Open vraag
31 - Which conclusion does paragraph 3 lead up to?
A
Children benefit from having to engage in physical exercises.
B
Children have lost the capacity to play with others nowadays.
C
Gaming and videos have turned children into idle creatures.
D
Grown-ups should not control children’s activities all the time.
Slide 19 - Quizvraag
32 - Welk onderdeel van opgroeien lijkt verdwenen te zijn volgens alinea 4?
Slide 20 - Open vraag
32 - Welk onderdeel van opgroeien lijkt verdwenen te zijn volgens alinea 4?
A
bordspelletjes doen
B
de kans om je te vervelen
C
helpen in het huishouden
D
kattenkwaad uithalen
Slide 21 - Quizvraag
33 - Kies bij X in alinea 5 het juiste antwoord uit de gegeven mogelijkheden.
A
others will follow their example.
B
they will know when to let go
C
they will stick to their list
Slide 22 - Quizvraag
Wat neem je mee uit deze leesvaardigheid activiteit?