. Gedichten zijn (meestal) beperkt in omvang.
· Gedichten rijmen soms.
· De pagina (bladspiegel) wordt niet geheel gevuld; er is veel wit.
· Je probeert met weinig woorden toch veel te zeggen.
· Je kunt zinnen op ongebruikelijke plekken afbreken en het gebruik van leestekens is vrij.