4.2 + 4.4 De kust

4.2 De kust

Leerdoelen
Uitleg
Aan de slag met opdrachten


1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

4.2 De kust

Leerdoelen
Uitleg
Aan de slag met opdrachten


Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt het proces achter eb en vloed beschrijven.
  • Je kunt uitleggen hoe natuurlijke factoren en klimaatsverandering de opbouw en afbraak aan de Nederlandse kust beïnvloeden.
  • Je kunt uitleggen waarom in het deltaprogramma gekozen wordt voor adaptief watermanagement.
  • Je kunt uitleggen waarom bij (noord)westerstorm het overstromingsrisico in het IJsselmeergebied en de Zuidwestelijke Delta groot is.




Slide 2 - Tekstslide

Opbouw Nederlandse kust
Dynamisch kustgebied:
Soms opbouw, soms afbraak.

Iedere dag is anders!

  • Waddenkust
  • Duinenkust 
  • Estuarium

Slide 3 - Tekstslide



Zachte kust:
  • stranden
  • zandplaten
  • duinen
  • wadden


Harde kust:
  • zeedijken
  • rotsen
  • boulevards




Zachte kust en harde kust

Slide 4 - Tekstslide

Zachte kust
Harde kust
Dijken
Strand
Waddengebied
Door de mens aangelegd 

Slide 5 - Sleepvraag

Kenmerkend voor wadden is ...
A
veel sedimentatie en ze vallen droog
B
veel sedimentatie en altijd onder water
C
veel erosie en ze vallen droog
D
veel erosie en altijd onder water

Slide 6 - Quizvraag

Estuarium
Een half gesloten waterlichaam aan de kust waarin zeewater wordt verdund met zoet water -> brak water.

Er is hier een duidelijke invloed van getijden.

Slide 7 - Tekstslide

Ontstaan van de kust
Dynamisch systeem:
  • wind
  • getijden
  • zeestroming
  • golfwerking

Slide 8 - Tekstslide

Weichselien 
(ca. 115.000 - 10.000 jaar geleden)
Strandwallen gevormd door getijdenstroming.
Duinen gevormd door wind.
zeespiegel 110 m lager dan nu!

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Springtij: de kracht van de zon en de maan werken in elkaars verlengde.

Slide 11 - Tekstslide

Doodtij: wanneer de aantrekkingskrachten van maan en zon haaks op elkaar staan.

Slide 12 - Tekstslide

Getijden
Springtij: extra hoog water!

Doodtij: weinig verschil tussen hoog- en laagwater.

Slide 13 - Tekstslide

Getijdenstroom in de Noordzee
Langs de Nederlandse westkust gaat de vloedstroom van zuid naar noord.

Windrichting (en zeestroming) helpen een handje mee.

Slide 14 - Tekstslide

Stranddrift
De golfsnelheid is in diep water hoger -> sedimentatie bij de kust. 

Golven schuin op de kust veroorzaken stranddrift (longshore drift). Daarbij wordt zand gemiddeld in noordoostelijke richting verplaatst.

Slide 15 - Tekstslide

Biodiversiteit aan de kust
Algemene regel:

In een gebied met veel dynamiek is de biodiversiteit vaak hoog/laag.

Slide 16 - Tekstslide

Biodiversiteit aan de kust
Algemene regel:

In een gebied met veel dynamiek is de biodiversiteit vaak laag.

Slide 17 - Tekstslide

Aan de slag
Maak de volgende opdrachten: 

Paragraaf 4.2:  6
Hoofdvraag 4.2 De kust: b, d, e, f

Slide 18 - Tekstslide

4.2 De kust


Donderdag online par. 4.4


Slide 19 - Tekstslide

4.4 De kust


Leerdoelen
Uitleg

Invullen vragenlijst (VIL)

zacht waar het kan, hard waar het moet

Slide 20 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen hoe menselijke factoren de opbouw en afbraak aan de Nederlandse kust beïnvloeden.
  • Je kunt uitleggen waarom in het deltaprogramma gekozen wordt voor adaptief watermanagement.
  • Je kunt de gevolgen van een ingreep uit het integraal waterbeleid voor gebieden op verschillende schaal (lokaal, regionaal) en vanuit verschillende dimensies (veiligheid, natuur en economie) beschrijven en verklaren.




Slide 21 - Tekstslide



Waarom is de vloedstroom sterker dan de ebstroom en wat betekent dat voor het netto zandtransport?

Wadlopen naar Ameland en Schiermonnikoog; wie moet eerder vertrekken?
Opdracht 3

Slide 22 - Tekstslide



Schiermonnikoog schuift op het grondgebied van Groningen. Verklaar waarom Schiermonnikoog zich in oostelijke richting heeft verplaatst.


Opdracht 6

Slide 23 - Tekstslide



Schiermonnikoog schuift op het grondgebied van Groningen. Verklaar waarom Schiermonnikoog zich in oostelijke richting heeft verplaatst.


Opdracht 6

Slide 24 - Tekstslide

Basiskustlijn
De basiskustlijn komt in gevaar door:
- stijgende zeespiegel
- dalende bodem
- klimaatverandering 

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Verschillende functies van het duingebied

Slide 27 - Tekstslide

Dynamisch kustbeheer

In het Deltaprogramma is besloten om de basiskustlijn te handhaven door zandsuppletie toe te passen.

Zacht waar het kan, hard waar het moet.
Hierna: vooroeversuppletie en strandsuppletie

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Video

de Zandmotor
Een nieuwe manier om de kust te verdedigen. Je spuit voortdurend zand voor de Nederlandse kust en laat de zee zelf het zand verspreiden (i.p.v. om de 5 jaar het zand op strand te spuiten).
Zeestromen en getijden zorgen voor de verspreiding van het zand. 

Slide 30 - Tekstslide

De zandmotor zal behalve tussen Ter Heijde en Kijkduin de kust verstevigen
A
Vooral richting Den Haag
B
Vooral richting Hoek van Holland
C
Alleen ter plekke
D
In beide richtingen in gelijke mate

Slide 31 - Quizvraag

Slufter
De zee krijgt de ruimte om bij hoogwater het land in te stromen.

Slide 32 - Tekstslide

Slufter
Dynamisch kustbeheer: Getijden en wind houden de kust in stand en vormen een gradiëntrijk milieu (= allerlei overgangen in het landschap). 

Ecologische waarde blijkt uit grote (bio)diversiteit.


Welke gradiënten ontstaan er in de Slufter?


Slide 33 - Tekstslide

Bolwerkvorming
Kustbebouwing belemmert beweeglijkheid kust:
Bolwerken zijn belemmering voor dynamisch handhaven.

Bolwerkvorming verhoogt overstromingsrisico ➔
Bebouwingscontouren moeten de kuststrook veiligstellen

Slide 34 - Tekstslide

Contourenbeleid

Slide 35 - Tekstslide

Hondsbossche Zeewering

In 2015 is de Hondsbossche Zeewering veranderd van een harde kering in een hybride kering:
  • Extra recreatiemogelijkheden
  • Lagere kosten dan dijkverzwaring
  • Betere overgang tussen hard en zacht
Voor
Na

Slide 36 - Tekstslide

Primaire keringen

Slide 37 - Tekstslide

Het karakter van de Hondsbossche Zeewering is door de grootschalige zandsuppletie veranderd.
In een breed duingebied krijgt de zee hier weer grote invloed.
Door klimaatverandering is bemaling van de polders extra hard nodig.
Met zandsuppleties en met behulp van de natuur wordt het kustfundament versterkt.
Slufter
Hybride kering
Relatieve zeespiegelstijging
Dynamisch kustbeheer

Slide 38 - Sleepvraag

Leg uit waarom de overheid en het Waterschap niet kiezen voor zandsuppletie langs de hele kuststrook van de Westerschelde.

Slide 39 - Tekstslide

De mythe van droge voeten
De overheid kan geen 100% veiligheid bieden. Toch lijken veel mensen daar wel op te rekenen. 

De overheid wil het overstromingsrisicobewustzijn vergroten.

Slide 40 - Tekstslide

4.4 De kust


Invullen vragenlijst (VIL) Classroom

Fijn Pinksterweekend!
zacht waar het kan, hard waar het moet

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Video