Hoofdstuk 2 - Getting to know someone

Hoofdstuk 2 - Getting to know someone
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsPraktijkonderwijsLeerjaar 4

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 2 - Getting to know someone

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

I don’t cry when you cut me, but you do. What am I?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

I am always in front of you, but you can’t see me.
What am I?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fill in the correct question word:

... are you? - I am Lieke.
A
How
B
Who
C
When
D
Why

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het juiste vragende voornaamwoord?

____ would you do if you had a lot of money?
A
Who
B
Why
C
What
D
Which

Slide 9 - Quizvraag

What = wat

Wat zou jij doen als je de loterij won?
Choose the correct question word:

... is that? Is that Fleur?
A
Who
B
What
C
How
D
Why

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

... is Dorien's birthday?
A
When
B
Why
C
Where
D
Who

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Choose the question word:
A
where
B
you
C
find
D
question

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Choose the right question word:

........ is Piet's bike? Behind the house.
A
Who
B
Where
C
Which
D
Why

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Which question word would you use to ask about a place?
A
when
B
what
C
who
D
where

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Which question word would you use to ask about a person?
A
how
B
who
C
why
D
when

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Which question word would you use to ask about a choice?
A
what
B
which
C
when
D
how

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Choose the correct question word.
... sits next to Kees? Tobias.
A
Who
B
What
C
Which
D
How

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Choose the correct question word.
_____ does Karen come from? He's from Heemskerk.
A
How
B
Why
C
Where
D
Which

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Choose the right question word:

....... have you been? In Paris.
A
Which
B
Who
C
What
D
Where

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Choose the correct question word.
_____ is Ivo's party? In Monkeytown, I think.
A
How
B
Which
C
Where
D
What

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Choose the correct question word.
_____ fastfood is your favourite, Burger King or McDonald's?
A
What
B
Which
C
When
D
How

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Which of these is not a question word?
A
Who
B
What
C
Which
D
That

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Choose the right question word:

......... do you live with? My parents.
A
Who
B
When
C
Where
D
How much

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Choose the right question word:

..... can Devon get there? By car.
A
how
B
who
C
which
D
why

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Choose the correct question word:

____ is the nearest supermarket?
A
Why
B
When
C
Where
D
Who

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Choose the correct question word.
... are you late? I missed the bus.
A
who
B
where
C
why
D
how

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
1) Maak zelfstandig: hoofdstuk 2 opdracht 1,2,3,4,5,6

2) Maak het werkblad met vragen
timer
1:00

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies