In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 100 min
Onderdelen in deze les
Klaarstomen voor de arbeidsmarkt
Slide 1 - Tekstslide
Weet je nog???
Praktische Sector Orientatie
Afkorting P.S.O
Slide 2 - Tekstslide
De drie sectoren op onze school
Techniek
Natuur, Voeding en Dienstverlening
Economie & Handel
Slide 3 - Tekstslide
Filmpjes over alle sectoren
In de volgende dia tref je allemaal filmpjes aan over beroepen die onderverdeeld zijn in de sectoren. Maar let op! Op onze school hebben wij maar 3 sectoren.
Tekstfilmpjes komen uit de lesmethode de 4 sectoren van StruX
Slide 4 - Tekstslide
clip.strux.nl
Slide 5 - Link
In welke sector werk je met mensen en goederen en moet je goed in rekenen met geld zijn?
Slide 6 - Open vraag
In welke sector werk je veel buiten en ben je bezig met bomen en planten?
Slide 7 - Open vraag
In welke sector ben je veel bezig met machines en gereedschap en werk je met je handen?
Slide 8 - Open vraag
In welke sector sta je altijd klaar voor andere mensen en verleen je een dienst? Bijvoorbeeld het schoonmaken van een vloer?
Slide 9 - Open vraag
Oriëntatie op de sectoren
Om een goede keuze te maken voor een beroep of opleiding moet je weten:
Wat vind ik leuk?
Wat moet ik daarvoor kunnen?
Welke beroepen zijn er?
Welk beroep past bij mij?
Slide 10 - Tekstslide
Wat zijn jouw favoriete beroepen? Bij welke sector horen de beroepen?
Slide 11 - Open vraag
Wat moet je allemaal kunnen voor jouw wensberoep? Dit noem je vaardigheden of met een moeilijk woord competenties.
Slide 12 - Open vraag
Wat moet je allemaal leren voor jouw wensberoep?
Slide 13 - Open vraag
Slide 14 - Video
Mindmap
Maak voor jezelf ook zo'n mindmap zoals in het filmpje. Praat erover met je mentor tijdens een coachingsgesprek
Slide 15 - Tekstslide
Werknemersvaardigheden
uit boek: Zo werkt dat, van uitgeverij eenvoudig communiceren
blz .24 en 25
Slide 16 - Tekstslide
Speel het verhaal van Michael na
Slide 17 - Tekstslide
De chef heeft gebeld met de chef van La Place. De chef van La Place zegt dat Michael een goede kok is. Hij maakt lekkere hapjes , en het ziet er allemaal goed uit. Toch krijgt Michael de baan niet. Bedenk vier redenen waarom hij de baan niet krijgt?
Slide 18 - Open vraag
Werknemersvaardigheden
Slide 19 - Woordweb
Wist je dat?
.....een baas jouw werknemersvaardigheden belangrijker vindt dan jouw kennis over het vak?