5.3 De Koude Oorlog deel 3

Doe je mobiel in de mobieltas

Ga rustig zitten en leg je boeken op tafel

Doe je tas van tafel 

Wat gaan we vandaag doen?

• Herhaling vorige les
• Kennen en kunnen 
• Uitleg over de laatste fase van de Koude Oorlog
• Filmpje met kijkvragen
• Zelfstandig werken

Wanneer werd de Berlijnse muur gebouwd

1. 6 september 1947
2. 3 juni 1989
3. 22 mei 1991
4. 13 augustus 1961

Wanneer viel de Berlijnse muur?

1. 3 december 1991
2. 9 november 1989
3. 16 maart 1974
4. 14 augustus 1980

Wat was de DDR en hoe was het leven daar?

Wat is het Warschaupact?

Kennen

Kunnen

• Koude oorlog
  
• Marshallhulp
  
• Cubacrisis 
• Europese Unie
• EEG 
• EGKS

•  Je kunt uitleggen waarom Europese landen na de tweede wereldoorlog samen gingen werken. 
• Je kunt benoemen hoe die samenwerking steeds verder werd uitgebreid.
• Je kunt aangeven hoe de democratie in Europa is opgebouwd en versterkt.
• Je kunt informatie uit een grafiek halen.

Cubacrisis

• Spannendste moment uit de Koude Oorlog 
•  Communist greep de macht
• Dreiging voor de VS
• Kernrakketen in Europa
• Russische schepen richting Cuba
• Touwtrekken
• Escalatie blijft uit

Spotprent

• Wat zie je hier?
• Wat gebeurt hier?
• Waarom zou deze prent gemaakt zijn? 
• Waarom bespreken we zulke prenten?

Eindfase

• Sovjet Unie heeft het economisch zwaar
•  Michael Gorbatsjov hervormingsgezind
• 9 november 1989 
• Einde communisme Oost-Europa

Gevolgen Koude Oorlog

• 1991 einde Sovjet Unie
• Einde Koude Oorlog
•  Verenigde Staten enige wereldmacht
• Betere samenwerking

Kijkvragen

• Wat? Je maakt kijkvragen bij het filmpje over de Europese unie.
• Hoe? Je krijgt een werkblad waarop de vragen staan.
• Hulp? Het filmpje.
• Tijd? 15 minuten.
• Uitkomst? Je begrijpt beter hoe de Europese unie werkt.
• Klaar? Wachten tot we de opdrachten gaan bespreken.

Zelfstandig werken

• Wat? Maak opdracht 1,2,3 en 5 uit je werkboek op bladzijde 86/87.
• Hoe? Met je boek
• Hulp? Je boek, je tweetal en mevrouw Smedinga
• Tijd? 15 minuten
• Uitkomst? Gemaakt huiswerk
• Klaar? Ga na of je de stof beheerst met je leerdoelenkaart