Starttaal 2F: Thema 1 - H4 - les 4

Starttaal 2F Leerwerkboek A
PRÉ ENTREE
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Starttaal 2F Leerwerkboek A
PRÉ ENTREE

Slide 1 - Tekstslide

Les organisatie

  • Laptop
  • Studiemeter opgestart
  • Jas + oortjes uit
  • Telefoon weg

Slide 2 - Tekstslide

Huiswerk 9 januari af..
1. Open Studiemeter
2. Klik op Starttaal 2F studiereader
3. We werken in thema 1 (vrije tijd) - Hoofdstuk 4 schrijven
4. Maak opdracht 7 t/m 10 af 
5. Schrijf in Word een instructie, je mag zelf weten waar de instructie over gaat. Minimaal 75 woorden. 
Mail naar: a.bes@cvoaccent.nl 

Slide 3 - Tekstslide

Huiswerk 11 januari af..
Schrijf in Word een instructie, je mag zelf weten waar de instructie over gaat. Minimaal 75 woorden. 
Mail naar: a.bes@cvoaccent.nl 

Nog niet ingeleverd door:
Enzoe, Meike, Esrah, Hafsa, Dylano, Calvin en Rodinho

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen vorige week
Aan het einde van de les:

Weet je wat een standpunt is;
Weet je wat een argument is;
Kun je een korte 'overtuigende tekst' schrijven.

Slide 5 - Tekstslide

Huiswerk 19 december af..
1. Open Studiemeter
2. Klik op Starttaal 2F studiereader
3. We werken in thema 1 (vrije tijd) - Hoofdstuk 4 schrijven
4. Maak opdracht 6 af (schrijfdoel overtuigen)
5. Schrijf in Word een instructie, je mag zelf weten waar de instructie over gaat. Minimaal 75 woorden. 
Mail naar: a.bes@cvoaccent.nl 

Slide 6 - Tekstslide

Leerdoelen deze les
Aan het einde van de les:

Weet je wat een DOELDROEP is;
Weet je wat VOORKENNIS betekent;
Kun je een tekst VOORBEREIDEN voordat je hem gaat schrijven;
Weet je wat DEELVRAGEN zijn;
Weet je hoe  je de DOELGROEP bepaalt;

Slide 7 - Tekstslide

HERHALING......

Slide 8 - Tekstslide

4.1 Schrijfdoelen - informeren
Theorie 1: een informerende tekst schrijven

Schrijfdoel - wat wil je bereiken met je tekst?

Informeren - informatie geven (feiten schrijven)
Deze informatie haal je uit - eigen kennis/ ervaring of Internet.

Slide 9 - Tekstslide

4.1 Schrijfdoelen - instrueren
Theorie 2: een INSTRUCTIE schrijven
Schrijfdoel - instrueren

Stapsgewijs iets uitleggen:
- eerst, daarna, toen, vervolgens....
- stap 1, stap 2 enz.

Slide 10 - Tekstslide

4.1 Schrijfdoelen - overtuigen
Theorie 3: een OVERTUIGENDE TEKST schrijven
Schrijfdoel - overtuigen

1. standpunt =  mening of overtuiging
2. argumenten = redenen waarom je dat vindt.

Slide 11 - Tekstslide

4.2 Doelgroepen
Theorie 4 

Lees theorie 4: Formeel en informeel taalgebruik
Doelgroep = de groep mensen voor wie je schrijft


Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Welke doelgroep is dit?

Slide 14 - Open vraag

Gebruik je bij 'ouderen'
informele of formele taal?
A
informeel
B
formeel

Slide 15 - Quizvraag

Welke doelgroep is dit?

Slide 16 - Open vraag

Gebruik je bij 'voetballiefhebbers'
informele of formele taal?
A
informeel
B
formeel

Slide 17 - Quizvraag

Welke doelgroep is dit?

Slide 18 - Open vraag

Gebruik je bij 'jongeren'
informele of formele taal?
A
informeel
B
formeel

Slide 19 - Quizvraag

Welke doelgroep is dit?

Slide 20 - Open vraag

Gebruik je bij 'muziekliefhebbers'
informele of formele taal?
A
informeel
B
formeel

Slide 21 - Quizvraag

Welke doelgroep is dit?

Slide 22 - Open vraag

Gebruik je bij 'kinderen'
informele of formele taal?
A
informeel
B
formeel

Slide 23 - Quizvraag

Voorkennis van de doelgroep
Theorie 5

Voorkennis: wat weet je doelgroep al?

Zie voorbeeld boek!

Slide 24 - Tekstslide

Opdrachten 7 t/m 10 afmaken:
Orlando
Calvin
Dylano
Enzoe
Natasja
Hafsa
De rest gaat door met opdracht 11!

Slide 25 - Tekstslide

Opdracht 10

Lees de situaties en voer de deelopdrachten uit:

Slide 26 - Tekstslide

Opdr. 10a.
Wat is de doelgroep?
Situatie 1:
Situatie 2:

Slide 27 - Open vraag

Opdr. 10b.
Is de toon van de tekst informeel of formeel? Leg uit.
Situatie 1:
Situatie 2:

Slide 28 - Open vraag

Opdr. 10c.
Welke voorkennis verwacht je bij je doelgroep over het onderwerp wielrennen?
Situatie 1:
Situatie 2:

Slide 29 - Open vraag

Opdracht 11 - werkblad
Schrijf een tekst over een door jouw gekozen onderwerp.
De tekst moet minimaal 200 woorden bevatten.
Let op hoofdletters en punten.
Schrijf de tekst in Word en mail deze naar a.bes@cvoaccent.nl

Je gaat je tekst voorbereiden.
Maak stap 1 t/m 5.

Slide 30 - Tekstslide

Opdracht 11 - werkblad
Schrijf een tekst over een door jouw gekozen onderwerp.
De tekst moet minimaal 200 woorden bevatten.
Let op hoofdletters en punten.
Schrijf de tekst in Word en mail deze naar a.bes@cvoaccent.nl

Je gaat je tekst uitwerken.
Maak stap 1 t/m 4.

Slide 31 - Tekstslide

Opdracht 11 
Kies zelf een onderwerp/ doelgroep/ voorkennis/ taalgebruik:
Kies:
- informerende tekst: 
- instruerende tekst: 
- overtuigende tekst: 
150 woorden - tekst maken in Word - mailen naar a.bes@cvoaccent.nl

Slide 32 - Tekstslide

Huiswerk 30 januari af..
Instructie inleveren - a.bes@cvoaccent.nl
Esrah, Enzoe, Rodinho, Calvin, Dylano en Hafsa

Opdracht 11: 
Tekst over een gekozen onderwerp inleveren (zie werkblad voor de opdracht) 150 woorden - tekst maken in Word - mailen naar a.bes@cvoaccent.nl

Slide 33 - Tekstslide