WG online ouderen zorg

1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerpleegkundeHBOStudiejaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Welke ervaring heb je in de ouderenzorg?

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Op welke manier zie je Shared Decision Making/Gezamelijke besluitvorming terug?

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

- Actielijn 1: Samen vitaal ouder worden
- Actielijn 2: Sterke basiszorg voor ouderen
- Actielijn 3: Passende Wlz-zorg Actielijn
- Actielijn 4: “Wonen en zorg” voor ouderen
- Actielijn 5: Arbeidsmarkt en Innovatie

Wat betekenen deze actie lijnen?

Slide 12 - Open vraag

Slide 13 - Tekstslide

Welke risico's lopen ouderen?

Slide 14 - Open vraag

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

WAT IS RISICOSIGNALERING?
A
Het in een vroeg stadium signaleren van (gezondheids)risico’s bij de cliënt
B
Het in een vroeg stadium signaleren van (gezondheids)risico’s bij de cliënt die ik vastleg in het zorgleefplan
C
Het in een vroeg stadium signaleren van (gezondheids)risico’s bij de cliënt die ik vastleg in het zorgleefplan en waar indien nodig actie op wordt ondernomen

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide

OP WELKE GEBIEDEN SIGNALEER JE RISICO’S?

A
Medicatiegebruik, huidletsel, vallen, incontinentie, depressie & ondervoeding/ overgewicht
B
Ik ben mij op allerlei gebieden bewust van risico’s voor cliënten
C
Pijn, medicatiegebruik, huidletsel, delier, incontinentie, depressie & ondervoeding/ overgewicht

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Tekstslide

WANNEER DOE JE AAN RISICOSIGNALERING?

A
Wanneer een cliënt in zorg komt en daarna eens per half jaar
B
Bij een ‘niet pluis’ gevoel of wanneer de gezondheidstoestand van de cliënt verandert
C
A en B zijn beiden juist

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Tekstslide

HOE PAK JE RISICOSIGNALERING AAN?

A
signaleren – verkennen – plannen en doen – evalueren en bijstellen
B
verkennen – plannen en doen – evalueren en bijstellen
C
verkennen – signaleren – plannen en doen – evalueren en bijstellen

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Tekstslide

WIE ZIJN ER BETROKKEN BIJ RISICOSIGNALERING?

A
De cliënt en ik als zorgverlener
B
De cliënt, ik als zorgverlener en eventueel de mantelzorger
C
De cliënt, de mantelzorger, ik als zorgverlener en de rest van mijn team

Slide 25 - Quizvraag

Slide 26 - Tekstslide

WIE BEPAALT HOE DE RISICOSIGNALERING
WORDT UITGEVOERD?
A
De Inspectie voor de Gezondheidszorg
B
Dit mag mijn organisatie zelf invullen
C
Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Slide 27 - Quizvraag

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide