4.4 Revolutie in Nederland (2)

H4 Pruiken en revoluties
    §4.4 Revolutie in Nederland
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H4 Pruiken en revoluties
    §4.4 Revolutie in Nederland

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Leerdoelen
  • Herhalingsvragen
  • Bataafse Republiek
  • Franse tijd
  • Opdrachten

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt uitleggen:

  • waarom en hoe de patriotten in opstand kwamen
  • welke politieke veranderingen plaats vonden vanaf 1795
  • welke invloed deFransen hadden in Nederland

    Slide 3 - Tekstslide

    Tegen welk land leed de Republiek in de periode 1780-1784 grote verliezen?
    A
    Frankrijk
    B
    Pruisen
    C
    Spanje
    D
    Groot-Brittannië

    Slide 4 - Quizvraag

    In 1780 is er grote onvrede in Nederland.
    Waarom?
    A
    Er is veel armoede en oorlog
    B
    Er is zojuist een oorlog tegen de Engelsen verloren
    C
    Veel mensen zijn het bestuur van de absolute koningen zat
    D
    Veel mensen willen graag een koning

    Slide 5 - Quizvraag

    De patriotten geven de schuld van de verloren oorlog aan...
    A
    De stadhouder
    B
    De regenten
    C
    De koning
    D
    De stadhouders

    Slide 6 - Quizvraag

    Patriotten gaven de stadhouder en de regenten de schuld van de nederlagen. Waar haalden hij hun inspiratie vandaan?
    A
    De Franse Revolutie en de verlichting
    B
    De Amerikaanse Revolutie en de verlichting
    C
    De Nederlandse Opstand en de Verlichting
    D
    De Belgische Opstand en de verlichting

    Slide 7 - Quizvraag

    Welke uitspraak over de patriotten is waar?
    A
    De patriotten zijn dol op de Oranjes
    B
    De patriotten zijn geïnspireerd door de Franse Revolutie
    C
    De patriotten komen veelal uit de gegoede burgerij
    D
    De patriotten zijn arme, ontevreden Nederlanders

    Slide 8 - Quizvraag

    De betekenis van het woord patriot is....
    A
    Iemand die trots is op zijn vaderland
    B
    Iemand die boos is op zijn vaderland
    C
    Iemand die boos is op zijn regering
    D
    Iemand die trots is op zijn bezit

    Slide 9 - Quizvraag

    De patriotten vormden groepen gewapende burgers. Hoe noemen we deze?
    A
    Het leger
    B
    Knokploegen
    C
    Vrijkorpsen
    D
    Regenten

    Slide 10 - Quizvraag

    In 1787 grijpt een Pruisisch leger in en verjaagt de Patriotten.
    Van welk land is Pruisen tegenwoordig een onderdeel?
    A
    Polen
    B
    Duitsland
    C
    Oostenrijk
    D
    Tsjechië

    Slide 11 - Quizvraag

    Politieke veranderingen vanaf 1795
    • Januari 1795: Bataafs legioen trok samen met een Frans leger de Republiek binnen.

    • Na de inname van Utrecht besloot stadhouder Willem V te vluchten naar Engeland.
    • Willem V zou nooit meer terugkomen in Nederland. Maar zijn zoon zou later koning Willem I van Nederland worden!

    Slide 12 - Tekstslide

    Bataafse Republiek
    • De patriotten riepen hierna de 'Bataafse Republiek' uit.

    • Patriotten stellen naar voorbeeld van de Fransen een Verklaring van de Rechten van de Mens en van de Burger vast.

    • Met algemeen kiesrecht voor mannen werd het eerste Nederlandse parlement gekozen. 
    • Van daaruit ontstond een regering die verlichte besluiten nam (bv. 1796: gelijke rechten voor joodse Nederlanders
    • In 1798 nam het parlement een grondwet aan. Nederland werd een democratie

    Slide 13 - Tekstslide

    Willem V vlucht naar Engeland 1795






    Willem V zou nooit meer terugkomen in Nederland. Maar zijn zoon zou later koning Willem I van Nederland worden!

    Slide 14 - Tekstslide

    3

    Slide 15 - Video

    00:34
    Maakt dit besluit van een noodfonds Lodewijk Napoleon meer of minder populair bij de Nederlanders?
    A
    Meer populair
    B
    Minder populair

    Slide 16 - Quizvraag

    00:55
    Maken deze besluiten Lodewijk Napoleon meer of minder populair bij zijn broer Napoleon Bonaparte?
    A
    Meer
    B
    Minder

    Slide 17 - Quizvraag

    02:51
    Wat was de bijnaam van Lodewijk Napoleon?
    A
    De konijnen koning
    B
    De rampen koning
    C
    De lieve koning
    D
    De born-to-party-koning

    Slide 18 - Quizvraag

    Franse invloed
    • Maar de Fransen bepaalden veel. Zij hadden immers geholpen

    • Napoleon zag de Bataafse Republiek als een vazalstaat, en maakte in 1805 een eind aan de democratie.

    • Hij benoemde een dictator als leider van Nederland

    Slide 19 - Tekstslide

    1806: Koninkrijk Holland

    Napoleon benoemde zijn broer Lodewijk tot koning van Nederland: Koninkrijk Holland

    Slide 20 - Tekstslide

    1810-1813: onderdeel Franse keizerrijk
    • Napoleon was niet tevreden over zijn broer en stuurde hem weer weg. 

    • Koning Lodewijk Napoleon kwam teveel op voor de belangen van de Nederlanders en hield zich niet aan de plannen van zijn broer!

    • 1810: Napoleon lijfde Nederland in bij Frankrijk
    • Drie jaar een provincie van Frankrijk
    • 1813: Pruisische en Russische troepen jagen de Fransen weg uit Nederland

    Slide 21 - Tekstslide

    1810-1813: onderdeel Franse keizerrijk
    1810: Napoleon lijfde Nederland in bij Frankrijk
    • Drie jaar een provincie van Frankrijk
    • 1813: Pruisische en Russische troepen jagen de Fransen weg uit Nederland

    Slide 22 - Tekstslide

    Franse tijd (1795-1813)
    Na 18 jaar Franse invloed maken we de balans op:
    Nederland sterk onder de invloed van de Fransen, veel vernieuwingen uit de verlichting:

    • Invoering van het metriek stelsel
    • Militaire dienstplicht
    • Burgerlijk wetboek
    • Invoering van de burgerlijke stand


    Slide 23 - Tekstslide

    Aan de slag!
    Maak opdracht  3 t/m 6

    Slide 24 - Tekstslide

    2

    Slide 25 - Video

    00:19
    "Dan vriezen ze dood in Rusland"
    Waar hebben ze het over?
    A
    1812; Napoleon onderneemt een oorlog tegen Rusland
    B
    1815; Napoleon wordt in Rusland verslagen
    C
    1813; de slag bij Leipzig
    D
    1789; Nederlanders moeten vechten tijdens de Franse Revolutie

    Slide 26 - Quizvraag

    00:28
    Hoe noemen we dit?
    A
    Meteritieke stelsel
    B
    Meter-stelsel
    C
    Metropolis stelsel
    D
    Metriek stelsel

    Slide 27 - Quizvraag