- Na een briefaanhef
Beste mevrouw Venema,
- Als je iemand aanspreekt
Bijvoorbeeld: Ga je mee boodschappen doen, Lisanne?
- Tussen de delen van een opsomming (maar niet voor 'en'!)
Ik ga aardappelen, wortels en eieren halen.
- Tussen twee persoonsvormen
Als het goed is, wordt het morgen mooi weer.
- Vaak voor een voegwoord (bijv. maar, omdat, waardoor, want)