Nederlands Grammatica

Nederlands: Les grammatica
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Nederlands: Les grammatica

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik NL examen Spreken en Gesprekken

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesopbouw
-Uitleg NL grammatica (waarom is dit zó belangrijk) 
-Geheugen opfrissen 
-Korte uitleg grammatica ( zinnen ontleden)
-Interactieve activiteit
-Oefening 
-Afsluiting

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

"Geheugen opfrissen"
Waarom is Nederlandse grammatica belangrijk?

Slide 4 - Open vraag

  • Stel vragen aan de studenten om hun inzichten over het belang van grammatica te verzamelen.
  • Laat studenten voorbeelden delen van situaties waarin goede grammatica van cruciaal belang was.
Grammatica -> zinsontleding
  • Zinnen ontleden? -> gaat over het bekijken van zinnen om te begrijpen hoe ze zijn gemaakt.

  • Ontleden is het benoemen van de elementen van een zin. Dat kan gaan om de losse woorden of om de zinsdelen

  • 2 manieren van ontleden: Redekundig en taalkundig 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Redekundig ontleden: 
  • Verdelen van zinnen in zinsdelen 
  • Aangeven welke functie een zinsdeel heeft (vb= pv, ow, wg, lv, mv, bp) 

Taalkundig ontleden:
  • Benoemen van woorden  
  • Van woorden benoemen tot welke soort ze horen (vb= ww, lw, zn, bn, pvnw). 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Redekundig ontleden

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Persoonsvorm vinden?
Er zijn 3 verschillende manieren om de persoonsvorm te vinden.
-Als je de zin vragend maakt, komt de persoonsvorm op de eerste plaats.
-Als je de zin in een andere tijd zet, verandert de persoonsvorm.
-Als je de zin van enkelvoud naar meervoud verandert of andersom, verandert de persoonsvorm.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onderwerp vinden?
-Als je wie of wat voor de persoonsvorm zet, is het antwoord op de vraag het onderwerp.
-Als je de persoonsvorm van enkelvoud naar meervoud verandert, verandert het onderwerp ook.
-Als je de zin vragend maakt met de persoonsvorm vooraan, komt het onderwerp meteen achter de persoonsvorm.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werkwoordelijk gezegde vinden?
De persoonsvorm en alle andere werkwoorden in de zin!

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

10 oefenzinnen maken
Jullie krijgen 7 min de tijd! Ben je klaar doe rustig iets voor jezelf! Daarna samen nakijken

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Woordenschat waarom belangrijk? 
Woorden geven rijkdom. Ze maken dat je kunt lezen, schrijven en spreken, maar ook denken en leren. Hoe rijker je woordenschat, des te makkelijker kun je kennis verwerven (opnemen) en communiceren.


Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Memory spelen (praktijkoefening)
  • Jullie moeten 4 groepen vormen binnen 1 min. 
  • Daarna spelen van de Memory (hier krijgen jullie 10 min voor)  

Slide 13 - Tekstslide

Laat studenten nieuwe grammaticale concepten in context gebruiken. 

Moedig samenwerking aan en loop rond om vragen te beantwoorden en feedback te geven.
Afsluiting les/ eventuele vragen
Wie kan Kort samen vatten wat er is behandeld en waarom het belangrijk is om te blijven oefenen met grammatica.

Slide 14 - Tekstslide

Geef de studenten ook de mogelijkheid om eventuele vragen te stellen.