Debatteren - argument weerleggen

Welkom!
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Welkom!

Slide 1 - Tekstslide

Doelen

Lesdoel:
Ik weet wat een weerlegging is.
Ik weet waarop ik moet letten als ik wil gaan weerleggen.

Slide 2 - Tekstslide

Weerleggen 

- luisteren en reageren 
- moeilijk -> bezig met eigen argumenten 

Slide 3 - Tekstslide

Wat is een weerlegging?
Je doel in een debat is om de jury (en het publiek) te overtuigen dat jouw team gelijk heeft. Om dit te bereiken is het belangrijk om aan te tonen waarom de argumenten van de andere kant niet kloppen. Dit noemen we weerleggen. 

Slide 4 - Tekstslide

Weerlegging

Een argument dat laat zien dat een argument zwak of onwaar is noemen we een weerlegging.

                                                                      Voorbeeld:

Het is fijn dat de aarde opwarmt, want dan kunnen we in ons eigen land lekker veel zonnen (argument voor). Maar de kans dat je huidkanker krijgt,, wordt daardoor wel een stuk groter (argument tegen). Als je je echter genoeg insmeert met zonnebrandolie en niet te lang in de zon blijft,  is er niets aan de hand (weerlegging).

Slide 5 - Tekstslide

Een sterke weerlegging bestaat uit vier stappen
1. Aankondigen: welk gelabeld argument ga je op reageren in deze spreekbeurt?
2. Samenvatten: wat is in één zin het argument waar je precies op gaat reageren?
3. Reageren: wat klopt er niet aan het argument van de tegenstanders?
4. Conclusie: hoe heb jij dit argument weerlegd?

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht debat bekijken

Je gaat zo een debat bekijken. De eerste weerlegging doen we met de klas samen. Daarna ga je het schema zelf aanvullen. 

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Opzetbeurt
Licht de stelling toe (voorstanders)
argumenten voor of tegen uitleggen
Doe dit aan de hand van het AUB-formulier 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Wat waren de sterke kanten van de openingspeeches?

Slide 11 - Open vraag

Wat waren de minder sterke kanten van de openingspeeches?

Slide 12 - Open vraag

Zorg ervoor dat je 3 argumenten hebt uitgewerkt voor de openingsspeeches

Slide 13 - Tekstslide

Eindspeeches
Belangrijkste meningsverschillen toelichten
waarom hebben jullie het meest gelijk?
Je mag argumenten herhalen, maar let op! Je mag geen nieuwe info meer toevoegen aan de eindspeech. 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Wat waren de sterke kanten van de slotspeeches?

Slide 16 - Open vraag

Wat waren de minder sterke kanten van de slotspeeches?

Slide 17 - Open vraag

Conclusie
Je neemt of de opzetbeurt of de slotbeurt voor je rekening. 
In de opzetbeurt worden de drie belangrijkste argumenten uitgelegd. 

In de slotbeurt herhaal je de belangrijkste meningsverschillen.
Geef aan waarom jullie het meest gelijk hebben. 

Slide 18 - Tekstslide