Rekentaal ISK

Rekenen 
Rekentaal & sommen
1 / 73
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenISK

In deze les zitten 73 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Rekenen 
Rekentaal & sommen

Slide 1 - Tekstslide

Hoe heet dit?

Slide 2 - Open vraag

een

Slide 3 - Open vraag

twee

Slide 4 - Open vraag

drie

Slide 5 - Open vraag

vier

Slide 6 - Open vraag

vijf

Slide 7 - Open vraag

zes

Slide 8 - Open vraag

zeven

Slide 9 - Open vraag

acht

Slide 10 - Open vraag

negen

Slide 11 - Open vraag

tien

Slide 12 - Open vraag

vijf

Slide 13 - Open vraag

vier

Slide 14 - Open vraag

negen

Slide 15 - Open vraag

zeven

Slide 16 - Open vraag

twee

Slide 17 - Open vraag

zes

Slide 18 - Open vraag

Plus = optellen

Slide 19 - Tekstslide

Bedenk zelf een plussom en reken hem uit.

Slide 20 - Open vraag

Min = aftrekken
-

Slide 21 - Tekstslide

Bedenk zelf een minsom en reken hem uit.

Slide 22 - Open vraag

Andere woorden voor plus
erbij 
samen
dubbel
meer
opgeteld
bij elkaar 
in totaal

Slide 23 - Tekstslide

Andere woorden voor min
eraf
minder
verschil
weg
van elkaar af


Slide 24 - Tekstslide

Ik heb 36 taartjes. Jij hebt er 12. Hoeveel is dat samen?

Slide 25 - Open vraag

Jij hebt 84 taartjes. Ik heb er 14. Wat is het verschil?

Slide 26 - Open vraag

Mevrouw Boom heeft 6 boeken. Mevrouw Vogel heeft er 22. Hoeveel boeken zijn dat bij elkaar?

Slide 27 - Open vraag

Mevrouw Judith heeft 90 spelletjes. Mevrouw Barbie heeft er 25. Hoeveel zijn dat er minder?

Slide 28 - Open vraag

Keer = vermeningvuldigen
X

Slide 29 - Tekstslide

Bedenk zelf een keersom en reken hem uit.

Slide 30 - Open vraag

Delen
:

Slide 31 - Tekstslide

Bedenk zelf een deelsom en reken hem uit.

Slide 32 - Open vraag

3 + 6 =
A
5
B
8
C
9
D
7

Slide 33 - Quizvraag

12 + 2 =
A
15
B
14
C
10
D
13

Slide 34 - Quizvraag

8 + 7 =
A
15
B
14
C
10
D
13

Slide 35 - Quizvraag

8 + 8 =
A
16
B
1
C
64
D
56

Slide 36 - Quizvraag

24 + 33 =
A
48
B
47
C
11
D
57

Slide 37 - Quizvraag

35 + 37 =
A
72
B
22
C
62
D
82

Slide 38 - Quizvraag

8 x 8 =
A
16
B
1
C
64
D
56

Slide 39 - Quizvraag

8 - 7 =
A
15
B
2
C
10
D
1

Slide 40 - Quizvraag

350 + 237 =
A
113
B
587
C
377
D
187

Slide 41 - Quizvraag

7 x 8 =
A
15
B
58
C
56
D
63

Slide 42 - Quizvraag

350 - 237 =
A
113
B
213
C
114
D
187

Slide 43 - Quizvraag

568+12=
A
580
B
556
C
590
D
578

Slide 44 - Quizvraag

8 - 2 =
A
4
B
5
C
6
D
10

Slide 45 - Quizvraag

8 + 2 =
A
11
B
5
C
6
D
10

Slide 46 - Quizvraag

8 x 2 =
A
16
B
5
C
6
D
10

Slide 47 - Quizvraag

6 x 2 =
A
16
B
12
C
8
D
10

Slide 48 - Quizvraag

8 : 2 =
A
4
B
5
C
6
D
10

Slide 49 - Quizvraag

26-12=
A
48
B
14
C
15
D
13

Slide 50 - Quizvraag

Wat is dit voor som?
316-12=
A
optellen
B
aftrekken
C
vermenigvuldigen
D
delen

Slide 51 - Quizvraag

Wat is dit voor som?
316 + 712=
A
optellen
B
aftrekken
C
vermenigvuldigen
D
delen

Slide 52 - Quizvraag

Wat is dit voor som?
316 : 71=
A
optellen
B
aftrekken
C
vermenigvuldigen
D
delen

Slide 53 - Quizvraag

Wat is dit voor som?
316 x 971 =
A
optellen
B
aftrekken
C
vermenigvuldigen
D
delen

Slide 54 - Quizvraag

316 - 12=
A
300
B
328
C
314
D
304

Slide 55 - Quizvraag

5x2=
A
7
B
3
C
10
D
25

Slide 56 - Quizvraag

10:2=
A
12
B
5
C
8
D
20

Slide 57 - Quizvraag

van groot naar klein
264
4813
8316
4248

Slide 58 - Sleepvraag

van klein naar groot
2.265
622
8.852
6.512

Slide 59 - Sleepvraag

Groter dan     >
Kleiner dan   <
Is gelijk aan   =

Slide 60 - Tekstslide

15<28
A
Waar
B
Niet waar

Slide 61 - Quizvraag

200>100
A
Waar
B
Niet waar

Slide 62 - Quizvraag

560>5600
A
Waar
B
Niet waar

Slide 63 - Quizvraag

6782=6872
A
Waar
B
Niet waar

Slide 64 - Quizvraag

5278=5278
A
Waar
B
Niet waar

Slide 65 - Quizvraag

3 is meer dan 10
A
Waar
B
Niet waar

Slide 66 - Quizvraag

3 is gelijk aan 10
A
Waar
B
Niet waar

Slide 67 - Quizvraag

8 is meer dan 5
A
Waar
B
Niet waar

Slide 68 - Quizvraag

81 is groter dan 50
A
Waar
B
Niet waar

Slide 69 - Quizvraag

81 is minder dan 50
A
Waar
B
Niet waar

Slide 70 - Quizvraag

9 is minder dan 2
A
Waar
B
Niet waar

Slide 71 - Quizvraag

8 is kleiner dan 9
A
Waar
B
Niet waar

Slide 72 - Quizvraag

8 is kleiner dan 5
A
Waar
B
Niet waar

Slide 73 - Quizvraag