Algemene kennis Quize
1 / 25
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Hoeveel dagen ben ik bij jullie in de klas geweest?
A
22
B
21
C
23
D
20
Slide 2 - Quizvraag
Hoeveel lessen heb ik gegeven?
A
18
B
16
C
17
D
20
Slide 3 - Quizvraag
In welk vak heb ik de meeste lessen gegeven?
A
Spelling
B
Rekenen
C
Crea
Slide 4 - Quizvraag
Wat is de hoofdstad van Portugal?
A
Porto
B
Albufeira
C
Lissabon
D
Faro
Slide 5 - Quizvraag
uit hoeveel dagen bestaat een schrikkeljaar?
A
365
B
366
C
355
D
356
Slide 6 - Quizvraag
Raadsel
Mo's moeder heeft 3 kinderen. De eerste heet April, de tweede Mei. Hoe heet de derde??
Slide 7 - Open vraag
Hoeveel oceanen zijn er?
A
5
B
6
C
7
D
8
Slide 8 - Quizvraag
Wat is de officiële taal van Spanje?
A
Portugees
B
Spaans
C
Mexicaans
D
Italiaans
Slide 9 - Quizvraag
Noem 3 primaire kleuren.
A
Groen, paars, oranje
B
Roze, wit, zwart
C
Geel, rood, blauw
D
Blauw, roze, geel
Slide 10 - Quizvraag
Wie schilderde de Mona Lisa?
A
Vincent van Gogh
B
Leonardo da Vinci
C
Michelangelo
D
Pablo Picasso
Slide 11 - Quizvraag
EEN HAMER EN EEN SPIJKER KOSTEN SAMEN € 1,10. DE HAMER IS EEN EURO DUURDER DAN DE SPIJKER. WAT KOST DE HAMER EN WAT KOST DE SPIJKER?
Slide 12 - Open vraag
Welke letter komt als volgende in deze reeks?
J F M A M J J A
J F M A M J J A
A
S
B
D
C
N
D
O
Slide 13 - Quizvraag
Bij welk land hoort deze vlag?
A
Noorwegen
B
Engeland
C
Zweden
D
Zwitserland
Slide 14 - Quizvraag
Hoeveel provincies heeft Nederland?
A
12
B
13
C
7
D
10
Slide 15 - Quizvraag
Hoe heet de prinses in de gele jurk?
A
Prinses Yasmine
B
Prinses Doornroosje
C
Prinses Belle
D
Prinses Elsa
Slide 16 - Quizvraag
Hoe heet het meisje die haar oma zou opzoeken in het bos?
A
Sneeuwwitje
B
Assepoester
C
Roodkapje
D
Rapunzel
Slide 17 - Quizvraag
Wat is de nationale dans van Spanje?
A
De flamenco
B
De samba
C
Ballet
D
De klompendans
Slide 18 - Quizvraag
Wat is het tegenovergestelde van 'donker'?
A
Schemeren
B
Snel
C
Zwaar
D
Licht
Slide 19 - Quizvraag
Welke zin is verleden tijd?
A
Ik speel nu buiten.
B
Ik speelde vroeger buiten.
C
Ik zal buiten spelen.
D
Ik speel buiten.
Slide 20 - Quizvraag
Welk woord is een zelfstandig naamwoord?
A
Snel
B
Meester
C
Groot
D
Springen
Slide 21 - Quizvraag
Wat is 50% 300?
Slide 22 - Open vraag
Bij welke sport moet je de bal in het doel van de tegenstander gooien?
A
Korfbal
B
Voetbal
C
Handbal
D
Hockey
Slide 23 - Quizvraag
Welk rugnummer is verbonden aan Johan Cruijff?
A
16
B
12
C
14
D
11
Slide 24 - Quizvraag
Welke voetbalclub was vorig jaar landskampioen?
A
FC Volendam
B
Feyenoord
C
FC Utrecht
D
PSV
