Architectuur

ARCHITECTUUR

1 / 34

Slide 1: Tekstslide

Culturele en kunstzinnige vormingMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Lesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Architectuur

ARCHITECTUUR

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning architectuur les 1:

1. Waar werken we naartoe?

2. Leerdoelen

3. Wat is architectuur?

4. Architectuurstromingen:

Modernisme & structuralisme & Postmodernisme

5. Korte quiz

6. Afsluiting met terugblik

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Waar werken we naartoe?

PTA: Architectuurtocht & designopdracht

CONTRAST

Hoofdstuk 13: Architectuur

Hoofdstuk 16: Design

Hoofdstuk 4: Dimensies Autonoom & toegepast

Hoofdstuk 5: Dimensies Ambachtelijk & industrieel

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Leerdoelen

Aan het einde van de les kan je...

1. in eigen woorden uitleggen wat architectuur is en kan hier enkele voorbeelden van geven met betrekking tot de drie principes voor architectuur: schoonheid, stevigheid en bruikbaarheid.

2. In eigen woorden uitleggen wat de hoofdkenmerken van de vijf architectuurstromingen: modernisme, structuralisme, postmodernisme, supermodernisme en neotraditionalisme zijn.

3. De vijf verschillende architectuurstromingen van elkaar onderscheiden a.d.h.v. de zes architectuurkenmerken: functie, vorm, omgeving, constructie, materiaal en visie.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is architectuur?
Wat valt er allemaal onder architectuur?

Slide 5 - Woordweb

Architectuur (CONTRAST)

"is een ('toegepaste') kunst van het ontwerpen van de gebouwde omgeving: gebouwen, interieurs, landschappen, pleinen, parken, speelplaatsen, steden noem maar op!"

WAT IS ARCHITECTUUR?

Architectuur is de (toegepaste) kunst van het ontwerpen van de gebouwde omgeving: gebouwen, woningen, interieurs, meubels, landschappen en steden

schoonheid, stevigheid en bruikbaarheid

WAAROM?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WAT ZIE JE?

Neem over in je schrift en beantwoord in stilte voor jezelf:

Materiaal
Vormen
Omgeving
Functie (doel?)
Constructie
Visie

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer

1:30

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

MODERNISME

1920-1970

Visie:
"form follows function"

"Less is more"

"Strakke soberheid"

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Charles-Édouard Jeanneret (1887-1965), 'Le Corbusier,' Villa Savoye (Poissey, Frankrijk 1931.

Vijf elementen van een nieuwe architectuur

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vijf elementen van een nieuwe architectuur

door Le Corbusier

1.Les pilotis: zuilen > opgetild wonen

2. Le toit-jardin: Connectie met binnen en buiten > Functie: vloeiend doorlopen naar o.a. balkons en dakterrassen

3. Le plan libre: Een vrije plattegrond indeling (constructie: Skeletbouw)

4. La façade libre: vlakke/strakke gevel 'gordijn'

5. La fenêtre en longeur: Horizontale ramen > geen onderbrekingen van muren en lichtdoorlatend

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Video indien nodig (ligt aan de tijd management/voorkeur docent)

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

STRUCTURALISME

1960-1990

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pak je schrift en luister én kijk goed naar de video!

Materiaal, Vormen, Omgeving, Functie (doel?), Constructie, Visie

Schrijf de bouwkenmerken op die je hoort én ziet die we zojuist besproken hebben.

Wat is het doel van deze manier van bouwen?

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat zag je?

Doel?

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

"De nadruk op functies (modernisme) stond ontmoeting in de weg"

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

POSTMODERNISME

1980-2000

Neem over in je schrift!

1. Vrije vormen en uitbundige kleuren

2. Speelse details

3. Gebruik van stijlen uit het verleden.

kies op basis hiervan de "Odd one out!"

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wel Postmodern

Niet Postmodern

Slide 22 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wel Postmodern

Niet Postmodern

Slide 23 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wel Postmodern

Niet Postmodern

Slide 24 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Reactie op het modernisme:

"Less is a bore"

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Quiz

Pak je laptop of mobiel erbij!

Let op! meerdere antwoorden kunnen kloppen

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Is/zijn er een stroming(en) die een reactie zijn op het Modernisme?

Structuralisme

Geen

Postmodernisme

Beide

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Uit welke architectuurstroming is de leuze "Less is a bore"

modernisme

postmodernisme

Geen van deze opties

structuralisme

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke antwoorden horen er bij het Modernisme?

"Form follows function"

IJzer, glas en betonconstructies

"Less is more"

'Villa Savoy,' Le Corbusier

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat hoort bij het Postmodernisme?

Bouwen naar een 'community'

Veel gebruik van glas (glazen wanden)

Stijlen uit het verleden

Speelse details

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke architectuurstroming hoort dit gebouw?

Dit gebouw hoort bij de architectuur van het...?

Modernisme

Structuralisme

Geen

Postmodernisme

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Lees in je boek

Hoofdstuk 13: Architectuur

Vul de samenvatting aan voor ieder ken

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik:

Aan het einde van de les kan je...

1. in eigen woorden uitleggen wat architectuur is en kan hier enkele voorbeelden van geven met betrekking op de drie principes voor architectuur: schoonheid, stevigheid en bruikbaarheid.

2. In eigen woorden uitleggen wat de hoofdkenmerken van de vijf architectuurstromingen: modernisme, structuralisme, postmodernisme, supermodernisme en neotraditionalisme zijn.

3. De vijf verschillende architectuurstromingen van elkaar onderscheiden a.d.h.v. de zes architectuurkenmerken: functie, vorm, omgeving, constructie, materiaal en visie.

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

volgende week:

- Neotraditionalisme

- Supermodernisme

- Creatieve opdracht!

Alvast doornemen! (hoofdstuk 13)

Wat valt je op aan deze architectuurstijlen?

> Gebruik je samenvattingsboekje

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Architectuur

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Woordweb

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Sleepvraag

Slide 23 - Sleepvraag

Slide 24 - Sleepvraag

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Quizvraag

Slide 28 - Quizvraag

Slide 29 - Quizvraag

Slide 30 - Quizvraag

Slide 31 - Quizvraag

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Meer lessen zoals deze

Architectuur

Architectuur

Architectuur

Architectuur - aangepast

Architectuur

Architectuur

Architectuur les I

Architectuur