Stellingenspel herhaling 1ste jaar
1 / 32
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Dit zijn supplementaire hoeken.
Slide 2 - Poll
De stellingen worden voorgelezen. Afhankelijk van hun antwoord gaan de leerlingen aan de linker- of rechterkant van de klas staan. Enkele leerlingen beargumenteren hun keuze.
Dit zijn complementaire hoeken.
Slide 3 - Poll
De stellingen worden voorgelezen. Afhankelijk van hun antwoord gaan de leerlingen aan de linker- of rechterkant van de klas staan. Enkele leerlingen beargumenteren hun keuze.
Dit zijn supplementaire hoeken.
Slide 4 - Poll
De stellingen worden voorgelezen. Afhankelijk van hun antwoord gaan de leerlingen aan de linker- of rechterkant van de klas staan. Enkele leerlingen beargumenteren hun keuze.
Dit zijn complementaire hoeken.
Slide 5 - Poll
De stellingen worden voorgelezen. Afhankelijk van hun antwoord gaan de leerlingen aan de linker- of rechterkant van de klas staan. Enkele leerlingen beargumenteren hun keuze.
Overstaande hoeken zijn hoeken waarbij de benen
in elkaars verlengde liggen.
Overstaande hoeken zijn steeds even groot.
in elkaars verlengde liggen.
Overstaande hoeken zijn steeds even groot.
Slide 6 - Poll
De stellingen worden voorgelezen. Afhankelijk van hun antwoord gaan de leerlingen aan de linker- of rechterkant van de klas staan. Enkele leerlingen beargumenteren hun keuze.
Dit zijn overstaande hoeken.
Slide 7 - Poll
De stellingen worden voorgelezen. Afhankelijk van hun antwoord gaan de leerlingen aan de linker- of rechterkant van de klas staan. Enkele leerlingen beargumenteren hun keuze.
Dit zijn overstaande hoeken.
Slide 8 - Poll
De stellingen worden voorgelezen. Afhankelijk van hun antwoord gaan de leerlingen aan de linker- of rechterkant van de klas staan. Enkele leerlingen beargumenteren hun keuze.
Dit zijn overstaande hoeken.
Slide 9 - Poll
De stellingen worden voorgelezen. Afhankelijk van hun antwoord gaan de leerlingen aan de linker- of rechterkant van de klas staan. Enkele leerlingen beargumenteren hun keuze.
Dit zijn aanliggende hoeken.
Slide 10 - Poll
De stellingen worden voorgelezen. Afhankelijk van hun antwoord gaan de leerlingen aan de linker- of rechterkant van de klas staan. Enkele leerlingen beargumenteren hun keuze.
Dit zijn aanliggende hoeken.
Slide 11 - Poll
De stellingen worden voorgelezen. Afhankelijk van hun antwoord gaan de leerlingen aan de linker- of rechterkant van de klas staan. Enkele leerlingen beargumenteren hun keuze.
Dit zijn nevenhoeken.
Slide 12 - Poll
De stellingen worden voorgelezen. Afhankelijk van hun antwoord gaan de leerlingen aan de linker- of rechterkant van de klas staan. Enkele leerlingen beargumenteren hun keuze.
Dit zijn nevenhoeken.
Slide 13 - Poll
De stellingen worden voorgelezen. Afhankelijk van hun antwoord gaan de leerlingen aan de linker- of rechterkant van de klas staan. Enkele leerlingen beargumenteren hun keuze.
Slide 14 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Hoe noem je twee hoeken die samen 180° zijn?
A
aanliggende hoeken
B
complementaire hoeken
C
supplementaire hoeken
D
overstaande hoeken
Slide 15 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe noem je
deze hoeken?
deze hoeken?
A
nevenhoeken
B
overstaande hoeken
C
aanliggende hoeken
D
complementaire hoeken
Slide 16 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe noem je twee hoeken
waarvan de som 90° is?
waarvan de som 90° is?
A
nevenhoeken
B
aanliggende hoeken
C
complementaire hoeken
D
supplementaire hoeken
Slide 17 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe noem je aanliggende hoeken
die samen een gestrekte hoek vormen?
die samen een gestrekte hoek vormen?
A
aanliggende hoeken
B
nevenhoeken
C
overstaande hoeken
D
complementaire hoeken
Slide 18 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe noem je
deze hoeken?
deze hoeken?
A
nevenhoeken
B
overstaande hoeken
C
aanliggende hoeken
D
complementaire hoeken
Slide 19 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Zijn deze hoeken aanliggende hoeken?
A
ja
B
nee
Slide 20 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Welke uitspraak is waar?
A
nevenhoeken zijn samen 180°
B
nevenhoeken zijn samen 90°
C
nevenhoeken zijn even groot
D
nevenhoeken zijn samen 100°
Slide 21 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Aanliggende hoeken hebben:
A
één hoekpunt gemeenschappelijk
B
één been gemeenschappelijk
C
niet gemeenschappelijk been, ligt aan weerszijde van het gemeenschappelijk been
D
alles is correct
Slide 22 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe noem je aanliggende hoeken
die samen een gestrekte hoek vormen?
die samen een gestrekte hoek vormen?
A
aanliggende hoeken
B
nevenhoeken
C
overstaande hoeken
D
complementaire hoeken
Slide 23 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe noem je deze
hoeken?
hoeken?
A
overstaande hoeken
B
aanliggende hoeken
C
nevenhoeken
D
supplementaire hoeken
Slide 24 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
zijn deze hoeken aanliggende hoeken?
A
ja
B
nee
Slide 25 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Zijn deze hoeken overstaande hoeken?
A
ja
B
nee
Slide 26 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe noem je twee hoeken
waarvan de som 90° is?
waarvan de som 90° is?
A
nevenhoeken
B
aanliggende hoeken
C
complementaire hoeken
D
supplementaire hoeken
Slide 27 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe noem je deze
hoeken?
hoeken?
A
complementaire hoeken
B
supplementaire hoeken
C
nevenhoeken
D
overstaande hoeken
Slide 28 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Zijn deze twee hoeken overstaande hoeken?
A
ja
B
nee
Slide 29 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Zijn deze twee hoeken nevenhoeken?
A
Ja
B
Nee
Slide 30 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Welke uitspraak is waar?
A
overstaande hoeken zijn gelijk
B
overstaande hoeken zijn samen 180°
C
overstaande hoeken zijn samen 90°
D
overstaande hoeken zijn samen 100°
Slide 31 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 32 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
