herfst
1 / 14
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Video
Wat heeft de herfst te koop volgens het liedje dat je hoorde?
A
bladeren, wind, paddenstoelen en dikke, grijze wolken
B
appeltaart, eikels paraplu's, beukennootjes
Slide 2 - Quizvraag
Herfst
Slide 3 - Woordweb
Slide 4 - Sleepvraag
Na de herfst begint de lente.
Is dat waar of niet waar?
Is dat waar of niet waar?
A
B
Slide 5 - Quizvraag
Op dit plaatje is het herfst
A
B
Slide 6 - Quizvraag
Slide 7 - Video
welke kleuren hebben de blaadjes in de tuin?
A
rood, geel, oranje en bruin
B
blauw, paars, wit en zwart
Slide 8 - Quizvraag
Wat doet Anne met de blaadjes op de grond?
A
Ze raapt ze op en gooit ze in de lucht
B
Ze gaat erop springen
Slide 9 - Quizvraag
Welke kriebelbeestjes kruipen over de grond?
A
muggen, vliegen en mollen
B
Spinnen, kevertjes en wormen
Slide 10 - Quizvraag
Wie zijn dol op beukennootjes?
A
eekhoorntjes
B
konijnen
Slide 11 - Quizvraag
Waarom mag je niet aan de paddenstoelen komen?
A
Dat is eten voor de eekhoorns en dat moet je laten staan
B
Paddenstoelen kunnen giftig zijn
Slide 12 - Quizvraag
Wat gaat Anna straks met de kastanjes doen?
A
Ze gaat ermee knutselen
B
Ze geeft ze aan de dieren in het bos
Slide 13 - Quizvraag
Kun jij een plaatje over de herfst sturen?
