ProV2E Thema 1 BS 3 Het ademhalingsstelsel

BS 3 Het ademhalingsstelsel
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

BS 3 Het ademhalingsstelsel

Slide 1 - Tekstslide

Voor verbranding heb je brandstof nodig.
Wat is de brandstof voor een mens?
A
koolstofdioxide
B
glucose
C
zuurstof
D
kaarsvet

Slide 2 - Quizvraag

Bij verbranding in je lichaam ontstaat oa?
A
Zuurstof
B
Glucose
C
Koolstofdioxide

Slide 3 - Quizvraag

Wat is nodig voor verbranding in je lichaam?
A
Brandstof
B
Brandstof en koolstofdioxide
C
Brandstof en zuurstof
D
Zuurstof en een brandstof

Slide 4 - Quizvraag

In je lichaam vindt altijd verbranding plaats?
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quizvraag

De formule/ vergelijking voor verbranding is?
A
zuurstof+water--> brandstof+koolstofdioxide+energie
B
brandstof+energie--> koolstofdioxide+ water+ zuurstof
C
brandstof+zuurstof+water--> koolstofdioxide+energie
D
brandstof+zuurstof--> koolstofdioxide+water+energie

Slide 6 - Quizvraag

Demonstratie: wasfles
Koolstofdioxide aantonen met kalkwater

Kalkwater is een indicator

Let op: Een indicator is een stof waarmee je een andere stof kunt aantonen

Slide 7 - Tekstslide

BS 2 Het ademhalingsstelsel

Slide 8 - Tekstslide

Het ademhalingsstelsel

Slide 9 - Tekstslide

Middenrif
Het middenrif is een gespierd vlies.

Je voelt het middenrif als je de hik krijgt, dan trekt de spier zich krachtig en onwillekeurig samen

Onder het middenrif = buikholte
Boven middenrif= borstholte

Slide 10 - Tekstslide

Neusholte en mondholte
De neusholte is bekleed met neusslijmvlies.
Neusslijm: (= vochtig), kleine stofdeeltjes en
ziekteverwekkers blijven kleven aan het slijm.

Vooraan in neusholten zitten neusharen, die houden grote 
stofdeeltjes tegen.

Vlak onder neusslijmvlies veel bloedvaatjes-> 
verwarmen binnenstromende lucht
Trilharen: Verplaatsen het slijm naar de keelholte
Reukzintuig: zit boven in je neusholte: geuren keuren

Slide 11 - Tekstslide

Luchtpijp en longen
De luchtpijp is een holle buis die aansluit op de onderkant van het strottenhoofd. 

De luchtpijp heeft kraakbeenringen in de wand. Deze zorgen voor stevigheid en zorgen ervoor dat hij altijd openstaat. 

Slide 12 - Tekstslide

Bronchiën 
De luchtpijp splitst zich in 2 takken: de bronchiën. Deze hebben ook kraakbeenringen.

Ze vertakken zich in steeds kleinere buisjes  en eindigen in longblaasjes.

Door longlaasjes wordt zuurstof opgenomen in het bloed. Koolstofdioxide wordt afgegeven uit het bloed aan lucht in de longblaasjes.



Luchtpijp, bronchiën, de vertakkingen en longblaasjes zijn bekleed met slijmvlies.

Slide 13 - Tekstslide

Ademhalen - Slikken - Verslikken

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Aan het werk:
Lezen BS 2

Maken opdrachten: 1, 2, 3, 4, 5, 6 (7 +8)

Klaar?-> Ga opdrachten BS 1 en 2 nakijken, vraag om nakijkboek
timer
15:00

Slide 16 - Tekstslide