H2.3 - Optellen en aftrekken met negatieve getallen

Optellen en aftrekken met negatieve getallen
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Optellen en aftrekken met negatieve getallen

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Het is 1° en het wordt 6° kouder

de som die daarbij hoort is:

1 - 6 = -5

Slide 3 - Tekstslide

Het is -1° en het wordt 6° kouder

de som die daarbij hoort is:

-1 - 6 = -7



Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video

Quiz 
Negatieve getallen

Slide 10 - Tekstslide

Geef antwoord met je vingers 

A       B       C       D

Slide 11 - Tekstslide

Joost woont op de verdieping 4

Zijn auto staat in de garage is op verdieping -1


Hoeveel  verdiepingen moet Joost naar beneden om in zijn auto te kunnen stappen?

Slide 12 - Tekstslide

Welk van de volgende getallen moet links van -4 geplaatst worden op de getallenlijn?

Slide 13 - Tekstslide

Welke van de volgende tekens zorgt dat de opgave klopt?

Slide 14 - Tekstslide

Hier zie je op welke diepten 3 dieren zwemmen onder  zeeniveau:            zeester:  - 7 m.
      haai:       - 9 m
         dolfijn:     - 8,3 m

Wat is de goede volgorde beginnend met het dier dat het diepst zwemt?

            1. dolfijn                    1. zeester                 1. haai                    1. zeester
            2. haai                       2. dolfijn                   2. dolfijn                  2. haai
            3. zeester                  3. haai                      3. zeester               3. dolfijn

Slide 15 - Tekstslide

Welke van de onderstaande berekeningen wordt weergegeven op de thermometer?

Slide 16 - Tekstslide

Welke 2 berekeningen horen bij de pijl op de getallenlijn?

Slide 17 - Tekstslide

Welke zin over de temperaturen -7ºC en 5º C is waar?
5ºC is 2º 
kouder dan
 -7ºC
5ºC is 12º 
kouder dan
 -7ºC
5ºC is 2º 
warmer dan
 -7ºC
5ºC is 12º 
warmer dan
 -7ºC

Slide 18 - Tekstslide

Welk getal hoort in het vakje?

Slide 19 - Tekstslide

Welk getal hoort in het vakje?

Slide 20 - Tekstslide

Welk getal hoort in het vakje?

Slide 21 - Tekstslide

Bereken:
-5 + 4 - 6 =
A
16
B
-7
C
5
D
3

Slide 22 - Quizvraag

Bereken:
15 - - 7 + - 4 =
A
4
B
26
C
12
D
18

Slide 23 - Quizvraag

Bereken:
12 + - 6 - - 8 =
A
26
B
2
C
14
D
10

Slide 24 - Quizvraag

Huiswerk
Voor donderdag

m. par. 2.3, alle rondjes vanaf 42. 
Opgave 45 hoeft niet!

Slide 25 - Tekstslide