W&A

• Natuurkunde
• WO
• Studiejaar 3

Wetenschaps- en argumentatieleer

Werkgroep 3 (02-03-2021)

Dennis & Timo

Voor alle x: x is water dan en slechts dan als x ... is/heeft.

A1

Voor alle x: x is water dan en slechts dan als x ... is/heeft.

Bij standaarddruk bij 0 °C bevriest en bij 100 °C kookt.

Bij kamertemperatuur een dichtheid heeft van 997 kg/m^3

Een levensbehoefte is

(Vloeibaar is)

A1

Dispositietermen in waarnemingszinnen:
Is een baksteen breekbaar?

A2

Ja

Nee

A3

We zeggen 'metalen geleiden elektriciteit'. Welke wetmatigheden impliceert deze uitspraak al?

Onze gevonden 

wetmatigheden

• Metaalrooster & vrije elektronen
• Elektrische geleidbaarheid komt door elektronen
• Het kost energie om elektronen te laten bewegen 

A3

Uitspraken

De wereld is opgebouwd uit snaren.

De aarde is bolvormig.

Een atoom bestaat uit protonen, neutronen en elektronen.

Bedenk per stelling of logisch empiristen deze betekenisloos zouden vinden of niet en wat jij zelf zou vinden.

A4

De wereld is opgebouwd uit snaren.
(LE = logisch empiristen)

A4

LE - betekenisloos ikzelf - betekenisloos

LE - betekenisloos ikzelf - betekenisvol

LE - betekenisvol ikzelf - betekenisloos

LE - betekenisvol ikzelf - betekenisvol

De aarde is bolvormig.
(LE = logisch empiristen)

A4

LE - betekenisloos ikzelf - betekenisloos

LE - betekenisloos ikzelf - betekenisvol

LE - betekenisvol ikzelf - betekenisloos

LE - betekenisvol ikzelf - betekenisvol

Een atoom bestaat uit protonen, neutronen en elektronen.
(LE = logisch empiristen)

A4

LE - betekenisloos ikzelf - betekenisloos

LE - betekenisloos ikzelf - betekenisvol

LE - betekenisvol ikzelf - betekenisloos

LE - betekenisvol ikzelf - betekenisvol

Wat waren jouw criteria voor het vaststellen of een uitspraak betekenisvol of betekenisloos was?

A4

Rusell paradox

5 stoelen in het midden, zorg ervoor dat binnen 10 seconden alle 5 de stoelen bezet zijn!

Heb je geen stoel? Je bent raar, ga in het midden staan!

A

Propositional logic

p = 'De impuls is 10 Ns'

q = 'De positie is x = 0'

r = 'De positie is x = 1'

p ˄ (q ˅ r) =? (p ˄ q) ˅ (p ˄ r)

B

Propositional logic

p = 'De impuls is in het interval [0,10]'

q = 'De positie is in het interval [0,1]'

r = 'De positie is in het interval [1,2]'

Quantum

p ˄ (q ˅ r) =? (p ˄ q) ˅ (p ˄ r)

B

Komt het schema overeen 

met de uitspraak?

'Elk wit paard is een paard'

∀x(Wx ∧ Px → Px)

W = 'is wit'

P = 'is een paard'

B1

Komt het schema overeen 

met de uitspraak?

'Elk wit paard is een paard'

∀x(Wx ∧ Px → Px)

W = 'is wit'

P = 'is een paard'

Hoe werkt dit bij 'Elk vals bankbiljet is een bankbiljet'?

B1

Zijn deze uitspraken 

analytisch of synthetisch

Elke vrijgezel is ongetrouwd.

De delen van de delen van iets zijn delen van dat iets.

Elke broer heeft een broer of zus.

B2

Zijn de uitspraken analytisch of
synthetisch?

B2

Analytisch

Synthetisch

Zowel synthetisch als analytisch

"The quantity of matter is the measure of the same, arising from its density and bulk conjointly."

Wat is er problematisch aan deze formulering?

B3

Hoe zouden we massa formeel kunnen definiëren?

B3

We willen bewijzen dat er een direct verband is tussen snelheid en hoogte. Daartoe laten we de kegel van een bepaalde hoogte op een andere kegel botsen en meten we de hoogte van deze tweede kegel.

Welk probleem ontstaat dan?

B3

"The alteration of motion is ever proportional to the motive force impressed, and is made in the direction of the right line in which that focre is impressed."

"An impressed force is an action in exerted upon a body, in order to change its state either of rest or of moving uniformly forward in a right line."

Deze uitspraken zijn de formuleringen van de tweede wet van Newton. Is deze dan onafhankelijk toetsbaar?

B3

Hoe zouden we momentane
snelheid kunnen meten? Kan dat uberhaupt?

B3

Hoe zouden we momentane snelheid kunnen meten?

Doppler effect

B3

Met linguïstische en feitelijke informatie kunnen alle uitspraken op waarheid getoetst worden.

B3

Eens

Oneens