H3 Woche 50 Zinsontleden; Präpositionen; Lektion 4

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Herzlich willkommen

Woche 50

Die Planung

Die Vokabeln: Lektion 4

Die Hausaufgaben

Grammatik: Präpositionen

Toets bespreken!

Lektion 4 (Seite 108)

Wiederhole die Vokabeln

Die Hausaufgaben

Aufgabe 7 & 8 (Seite 89)

Die Präpositionen

Zinsontleding

Stappenplan ontleden

V

O

N

G

S

U

Stappenplan ontleden

Voorzetsel/Verb (= werkwoord)

Ontleden

Naamval

Geslacht

Schema 

Uitgang

Naamvallen

1. Naamval = 

3. Naamval =

4. Naamval =

Ontleed onderstaande zinnen:

1. Der Junge hat dem Mädchen ein Geschenk gegeben. 

2. Das Mädchen kauft eine Tasche.

Vul in:

D... Mann erzählt ein... Kind (o) sein... Geschichte (v).

erzählen = vertellen; Geschichte = verhaal

En de volgende zin?

D... Frau erzählte von ihr... Erlebnis (o)

Erlebnis = belevenis

Voorzetsels

Voorzetsels met een vaste naamval:

3e: aus, bei, mit, nach, seit, von, zu, gegenüber, außer, entgegen

4e: durch, für, gegen, ohne, um, bis, entlang 

De betekenis

3e naamval:

aus = uit

bei = bij

mit = met

nach = na, naar

von = van, door

zu = naar (bij personen)

De betekenis

4e naamval:

durch = door

für = voor

ohne = zonder

um = om

bis = tot

gegen = tegen

Vul in:

1. D... Geschenk (o) ist für mein... Bruder.

2. D... Hund (m) ist von mein... Bruder. 

3. Dies... Frau wohnt seit ein... Jahr (o) hier. 

4. Welch... Schüler (mv) sind ohne ein... Heft (o) hier?

Mach: Aufgabe 9 & 11

Seite 89-90

Fertig? Aufgabe 1 (Seite 92)

Fertig? Aufgabe 10 (Seite 90)