Wat: Maken opdracht 1 t/m 5 blz. 68+69.
Hoe: Eerst 5 min. stil aan het werk. Daarna fluisterend overleggen.
Hulp: De eerste vijf minuten kun je mij geen vragen stellen.
Tijd: Aan het einde van de volgende les moet dit af zijn.
Uitkomst: Je oefent met de spelling van Engelse werkwoorden.
Klaar: Lezen in je leesboek.