Par. 2.4 Het verloop van de Franse Revolutie

1 / 46
volgende
Slide 1: Video
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 46 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Slide 2 - Video

Vandaag
1. Huiswerk bespreken
2. Lesdoelen van vorige les bespreken
3. Uitleg par. 2.4
4. SO bespreken
5. Afsluiten
Werkboek, blz. 28
Opdracht 15

Slide 3 - Tekstslide

Studiewijzer
4/02: Par. 2.2 De Verlichting
08/02: Par. 2.2 De Verlichting
10/02: Het Ancién Regime
15/02: Par.  2.3 Oorzaken van de Franse Revolutie
17/02: Par. 2.3 Oorzaken van de Franse Revolutie
21 t/m 25/02: Groene Week
Voorjaarsvakantie
08/03: Par. 2.3 Oorzaken van de Franse Revolutie
10/03: SO par. 2.1 t/m 2.3
15/03: Par. 2.4 Het verloop van de Franse Revolutie 
17/03: Par. 2.4 Het verloop van de Franse Revolutie
22/03:  Par. 2.4 Het verloop van de Franse Revolutie
24/03: Par. 2.5 Napoleon
29/03: Par. 2.5 Napoleon

TOETSWEEK:
Hoofdstuk 2

Slide 4 - Tekstslide

Huiswerk bespreken
Werkboek, blz. 26 opdracht 12a t/m 12c
blz. 27 opdracht 13, basisvragen 4a t/m c 


Slide 5 - Tekstslide

Lesdoelen van vorige les
4. Leg uit, aan de hand van de vluchtpoging van  Lodewijk XVI, hoe Frankrijk in oorlog raakte met bijna heel Europa.
5. Leg het verschil uit tussen de reactionairen en de radicalen.
6. Hoe zijn de radicalen aan de macht gekomen?
7. Hoe was het in Frankrijk tijdens de Terreur?
Vorige les:
Leg uit wat de 'Nationale Vergadering' was en verklaar waarom koning Lodewijk XVI deze wilde opheffen.
Verklaar waarom 14 juli ieder jaar groots wordt gevierd in Frankrijk door uit te leggen wat er op deze dag in 1789 gebeurde.
Noem twee kenmerken van de Franse grondwet van 1791.

Slide 6 - Tekstslide

Lesdoelen voor vandaag

8. Hoe organiseerden de radicalen het brestuur en het leger?
9. Hoe kwam de Terreur tot een eind?

Slide 7 - Tekstslide

Koning roept de Staten-Generaal (1788)
Koning Lodewijk XVI heeft de Staten Generaal bijeen geroepen om de economische problemen op te lossen, Maar... 

  • Na 174 jaar... niemand wist precies wat de regels waren.
  • Wie zijn de afgevaardigen?
  • Cahiers (klaasbrieven)
  • Hoe moet worden gestemd? De derde stand wil dat er per hoofd wordt gestemd i.p.v. per stand!

Slide 8 - Tekstslide

De Staten Generaal
  • De Derde Stand wilt ook nog sociale en maatschappelijke zaken bespreken, maar Lodewijk XVI vindt het allemaal maar gezeik. Hij wil geld voor de bijna lege schatkist.
  • Derde stand heeft er genoeg van en verlaat de zaal om hun eigen vergadering te beginnen!

Slide 9 - Tekstslide

De Nationale Vergadering
  • De Derde stand roept in juni 1789 de 'Nationale Vergadering' uit! 
  • Ze vertegenwooridgde het hele Franse volk.
  • Zij vinden dat Frankrijk een grondwet moet krijgen waarin: 

  1. De rechten van alle burgers werden vastgesteld en beschermt.
  2. De macht van de koning wordt beperkt (sommige vroegen zich zelfs af of er überhaupt een koning nodig was!)

De derde stand kreeg steun van lage geestelijken en enkele edelen. 

Slide 10 - Tekstslide

Van de Kaatsbaan naar Bastille
  • Koning wil niet de veranderingen van de derde stand invoeren en verbood hun verder te vergaderen.
  • De koning gooit de Nationale Vergadering uit de zaal en sluit hem permanent.

Slide 11 - Tekstslide

Van de Kaatsbaan naar Bastille
  • Vergadering verkast naar de Kaatsbaan en leggen een eed met elkaar af
  • "Wij zijn hier bijeen omdat de bevolking dat wilt en wij gaan pas uiteen op de punt van de bajonet!"
De koning beval de edelen en de hoge geestenlijken om deel te nemen aan de Nationale Vergadering, maar ....

Slide 12 - Tekstslide

Te wapen!
  • De koning stuurt het leger naar Parijs.
  • De burgers van Parijs nemen hun lot in eigen handen!
  • 14 juli 1789: Bestorming van de Bastille
De koning stuurt zijn soldaten weg. 
De edelen vluchten het land uit.
De Nationale Vergadering was gered. 
Sindsdien is 14 juli een nationale feest in Frankrijk. 
"Het lijkt wel op een opstand daarbuiten!"
"Nee Sire, dit is een revolutie."

Slide 13 - Tekstslide

De boeren komen in opstand.
  • De economische ongelijkheid was nog steeds niet aangepakt in Frankrijk.
  • Boeren beginnen met het plunderen van de eigendommen van edelen.
  • Nationale Vergadering probeert orde te herstellen en zegt alle voorrechten van edelen op.
  • Koning hiermee oneens, maar stemt toch in wanneer hij naar Parijs moet verhuizen!

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Een verlichte staat!
  • De Nationale Vergadering voert veel hervormingen door om Frankrijk van een autocratie om te schakelen naar een land waarin iedereen gelijk is.
  • Verklaring van de Rechten van de Mens en de Burger

Slide 16 - Tekstslide

Verklaring van de rechten 
van de mens en de burger
augustus 1789



  • In dit document wordt duidelijk gemaakt dat ieder mens vrij én met gelijke rechten wordt geboren.

Slide 17 - Tekstslide

Er wordt een grondwet wordt opgesteld (1791):
  • Alle banen in de regering, kerk en het leger zijn voor iedereen open. Je afkomst deed er niet meer toe.
  • Edelen mogen geen recht meer spreken op hun land.
  • Alle geestelijken moesten een eed van trouw aan de regering afleggen. Ze kregen een salaris van de regering.
  • De kerk moest al haar grondbezit afstaan aan de staat.
  • De macht van de koning wordt beperkt!!!

Slide 18 - Tekstslide

Maar de ongelijkheid bleef...
  • De bourgeoisie en rijke boeren kopen de grond die van de kerk was afgenomen. 
  • De zakenlieden kregen meer vrijheid om te handelen.
  • Aan de arbeiders werd het verboeden te staken en vakverenigingen op te richten. 
  • De meeste macht kwam in handen van rijke burgers. 
  • Alleen mannen met bezit kregen kiesrecht.

Slide 19 - Tekstslide



Hoe bereik je het volk?
Spotprenten en schilderijen!

Met als gevolg: dat het volk in opstand kwam.

Slide 20 - Tekstslide

Jacques
Louis
David


Invloed van de Verlichting

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide


De koning is gevlucht!
juni 1791



  • Het is wel duidelijk dat de koning nog maar weinig macht heeft en dat zijn positie in gevaar is.
  • De koninklijke familie besluit te vluchten, maar worden in het noorden van Frankrijk betrapt en teruggebracht naar het Tuilerieënpaleis in Parijs.

Slide 24 - Tekstslide

De koning neemt de benen
  • De vlucht mislukte, maar een interventie door een ander land is waarschijnlijk (Marie Antoinette had familie in Oostenrijk...)
  • Om Frankrijk samen te spannen verklaard de Nationale Vergadering de oorlog aan Oostenrijk! Pruisen kwam Oostenrijk te hulp. 
  • Doel: buitelandse regeringen te val brengen die de Franse Revolutie niet goed gezind waren. Andere volken moesten hetzelfde rechten krijgen als de Fransen!

Slide 25 - Tekstslide

Bestorming van de Tuilerieën
september 1792






  • De koning zocht in het geheim steun bij de koningen en keizers van andere landen (bijv. Oostenrijk). "Kom mij helpen!"
  • De koning en koningin worden gearresteerd en gevangen gezet.
  • Het koningschap wordt afgeschaft: Frankrijk is een Republiek

Slide 26 - Tekstslide

Lodewijk wordt onthoofd
januari 1793







  • De revolutionairen ontdekken de geheime briefwisseling tussen Lodewijk en de Oostenrijkse keizer, en oordelen: "Hoogverraad!"
  • De koning wordt ter dood veroordeeld en terechtgesteld in Parijs.

Slide 27 - Tekstslide

Ondertussen...
  • Engeland, De Republiek, Spanje, Portugal en Zweden steunen Oostenrijk en Pruisen.
  • Het bestuur in Frankrijk was nog steeds niet onder controle.
  • De schatkist was nog steeds leeg.
  • Massal dienstplicht: levée en masse
La Marseillaise:
Aux armes, citoyens,
Formez vos bataillons.
Marchons! Marchons!
Qu'un sang impur
Abreuve nos sillons

Slide 28 - Tekstslide

Grote verdeeldheid onder de revolutionairen (1)
Reactionairen (gematigden):
  •  Rijke burgers hadden stemrecht en waren nu tevreden.
  • Sommige vonden dat de hervormingen veel te ver waren gegaan.
  • Kregen steun van de boeren, want ze wilden niet vechten in het buitenland, vonden dat Parijzenaars te veel te vertellen hadden en er waren te veel maatregelen tegen de Kerk.

Slide 29 - Tekstslide

Grote verdeeldheid onder de revolutionairen (2)
Radicalen
  • Minder rijke burgers in Parijs.
  • Voorstanders van een Republiek.
  • Wilden kiesrecht voor iedereen, verhoging van de lonen en verlaging van de prijzen.

Slide 30 - Tekstslide


De radicalen (de Jakobijnen)



  • De radicale groep de Jakobijnen omsingelden het parlementsgebouw en nemen gematigden revolutionairen gevangen. 
  • Vanaf nu heeft de radicalen de meerderheid in de Nationale Vergadering. 
  • De leider van de Jakobijnen is Robespierre.

Slide 31 - Tekstslide

De Terreur
  • Tijdens het schrikbewind worden tienduizenden 'tegenstanders' van de Revolutie opgepakt en terechtgesteld.
  • Wie niet eens was, was een vijand van de Revolutie. 

  • Men had nauwelijks de kans om zich te verdedigen.

  • Heeft ruim 40.000 levens gekost.


Spotprent: nadat Robespierre alle Fransen laat executeren, valt de valbijl voor de beul.

Slide 32 - Tekstslide

Marie Antoinette

Slide 33 - Tekstslide

In dit periode...
  •  De kalender werd afgeschaft en vervangen door een revolutionaire.
  • Het christendom werd verboden.
  • De christelijke feestdagen werden vervangen door nieuwe revolutionaire festivals.
  • Er kwam een ‘cultus van de rede’.

Slide 34 - Tekstslide

Frankrijk onder de radicalen 
De meeste fransen steunden de radicalen, omdat het bestuur en leger werden goed georganiseerd:

  • Het bestuur: afgevaardigden controleerden of de bevelen van de regering goed werden uitgevoegd. 
  • Het leger: algemene dienstplicht, hogere positie in het leger alleen door je bekwaamheid en afgevaardigden controlerden het leger. 

Slide 35 - Tekstslide

Buitenlandse vijanden worden verslagen
  • Het Franse leger behaalde successen. 
  • La Marseillaise.
  • Buitenlandse legers en hun Franse medestanders werden het land uitgedreven. 

Slide 36 - Tekstslide

De Terreur...
  • Tijdens het schrikbewind worden tienduizenden 'tegenstanders' van de Revolutie opgepakt en terechtgesteld.
  • Wie niet eens was, was een vijand van de Revolutie. 
  • Het was nodig om Frankrijk en de ideeën van de revolutie te redden. 

  • Heeft ruim 40.000 levens gekost.


Slide 37 - Tekstslide

De Terreur (2)
  • Veel mensen werden zomaar van iets beschuldigd. 
  • Ook radicalen kwamen onder de guillotine!


Het moet een einde komen aan de Terreur!

Slide 38 - Tekstslide





Marat was één van de leiders van De Terreur.
Vanwege een huidziekte bracht hij een groot deel van de dag door in bad. Daar ontving hij ook zijn bezoek. Eén van deze bezoekers, Charlotte Corday, een tegenstandster, stak hem tijdens zo'n bezoek dood: "Het is volbracht; het monster is dood"

Als reactie op de moord werden duizenden tegenstanders vermoord.

Slide 39 - Tekstslide


Einde aan De Terreur
zomer 1794






  • Er komt steeds meer weerstand tegen Robespierre en in juli 1794 wordt hij, samen met zijn handlangers, gearresteerd en terechtgesteld.
  • De nacht voor zijn onthoofding, doet hij een mislukte zelfmoordpoging.

Slide 40 - Tekstslide


Einde aan De Terreur
zomer 1794



Er komt steeds meer weerstand tegen Robespierre en in juli 1794
wordt hij, samen met zijn handlangers, gearresteerd en terechtgesteld.

De nacht voor zijn onthoofding, doet hij een mislukte zelfmoordpoging.

Slide 41 - Tekstslide

Hoe verder met Frankrijk?
  • Geen koning
  • Geen Robespierre
  • Oorlog (levée en masse)
  • Bankroet
  • Honger
  • Levens verloren
  • Chaos!

    Frankrijk heeft een goede en sterker leider nodig...

Slide 42 - Tekstslide

Napoleon!

Slide 43 - Tekstslide

Lesdoelen antwoorden


8. Hoe organiseerden de radicalen het brestuur en het leger?
9. Hoe kwam de Terreur tot een eind?

Slide 44 - Tekstslide

SO bespreken

Slide 45 - Tekstslide

Oefentoets maken
Zelfstandig, maar zachtjes overleggen mag.
Werken tot het einde van de les. 

Slide 46 - Tekstslide