Hfd 5.3 De Reformatie

De Reformatie
Tijd van ontdekkers en hervormers
16de eeuw
Middeleeuwse en Renaissance critici van de RK Kerk, vlnr
<-- Franciscus, Geert Groote, Jan Hus, Erasmus, Luther, Calvijn -->
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

De Reformatie
Tijd van ontdekkers en hervormers
16de eeuw
Middeleeuwse en Renaissance critici van de RK Kerk, vlnr
<-- Franciscus, Geert Groote, Jan Hus, Erasmus, Luther, Calvijn -->

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

De reformatie (hervorming) - wat moet je weten?
  • De achtergrond --> de positie en invloed van de RK kerk in de Middeleeuwen. 
  • De oorzaken en aanleiding voor de hervorming --> kritiek van Erasmus, Luther en andere kerkhervormers
  • De hervorming --> het proces zelf, de diverse stromingen  en bijbehorende visie.
  • De gevolgen van de hervorming --> in politiek en maatschappelijk opzicht, lange en korte termijn.
  • De reactie van de RK kerk op de hervorming 
  • De relatie tussen de hervorming en andere ontwikkelingen in dit hoofdstuk (en volgende hoofdstukken)
  • De betekenis van de hervorming voor vandaag de dag.


Slide 3 - Tekstslide

Hoe zit dit ook alweer?
1.
3.
4.
5.
6.
2.
7.
Lutheranisme
Rooms-Katholiek
Protestants
Christendom
Calvinisme
Oosters-Orthodox
Overige protestanten zoals doopsgezinden, anglicanen, pinkstergemeente etc.

Slide 4 - Sleepvraag

Weet je het nog?
Rooms-Katholiek
Protestantisme
Lutheranisme
Heiligenverering
Paus hoofd v.d. kerk
Zeven sacramenten
Calvinisme
Bijbel staat centraal
Geestelijken mogen niet trouwen
Tegen aflaathandel
Kloosters en abdijen

Slide 5 - Sleepvraag

Opmaat richting De Reformatie 
Achtergrond
  • De paus werd vanaf Gregorius de machtigste soeverein van allen. Echter de wereldlijke macht wilde dit net zo graag als de kerk. Zo ontstond een continuerende fluctuerende machtsstrijd. De strijd over de investituur met Hendrik IV was daar een goed voorbeeld van. De strijd tussen kerk en staat zou nog eeuwen duren. De kerk in de Hoge Middeleeuwen had zich een machtige positie verworven. Het was ook een eenheid geworden met een hiërarchie van geestelijken.
Vraag van betekenis:
  • Wat was het wereldbeeld dat de katholieke kerk aan de gehele bevolking wilde opdringen? Is zij daarin gelukt? Welk sacrament (heilige handeling) was in dat opzicht het belangrijkste?
Antwoord:
  • Sinds Christus is de mens steeds verder afgedwaald van God. De enige hoop was een Apocalyps om de zondige staat van de mens te redden en het eeuwige koninkrijk te stichten. Wat nodig was, was totale gehoorzaamheid aan de superieuren: God, geestelijkheid en adel.
    In de hoge ME is het opdringen van dit beeld gelukt (scheurtjes kwamen er pas echt in begin 16e eeuw) 
  • Boetedoening was het belangrijkste (hemel of hel en later 3e optie: vagevuur!)

Slide 6 - Tekstslide

Opmaat richting 
De Reformatie
  • Vanaf 13e eeuw ging de kerk systematisch haar vijanden vervolgen via de Inquisitie (kerkelijke rechtbank) waarin vooral Dominicaanse monniken werden aangesteld. 
  • De latere kritiek van Maarten Luther, begin 16e eeuw was niet de eerste kritiek die de katholieke kerk kreeg te verduren (zie hiernaast), echter wel de eerste kritiek die veel aanhangers kreeg, succesvol werd en uiteindelijk leidde tot een splitsing van de kerk en het ontstaan van de Reformatie en latere protestantse stromingen. 
  • Bedreigingen van de R.K. Kerk werden of onder controle gebracht (kloosterordes) of de kop in gedrukt via vervolging. 



Voorbeelden van mannen die al voor Maarten Luther kritiek hadden op de R.K. Kerk! En zo waren er meer!
  • Wyclif werd uit Oxford verbannen en op een synode in 1382 te Londen tot de doodstraf veroordeeld.
  • Jan Hus werd door de R.K. Kerk tot de brandstapel veroordeeld.

Slide 7 - Tekstslide

Kenmerkend aspect: de splitsing van de kerk in West-Europa

  • 1516: Erasmus maakt nieuwe vertaling Bijbel. De Vulgaat (Latijnse versie) stond volgens hem vol fouten. Zijn bijbelonderzoek versterkte zijn kritiek op de kerk. b.v. in: Lof der Zotheid dreef hij de spot met de R.K. Geestelijken:
    De R.K. geestelijken waren teveel gericht op geld en macht 
  • Allerlei ‘verzonnen’ bijgeloof (uiterlijk vertoon als: heiligenverering, bedevaarten, heiligenbeelden) was nergens op gebaseerd en leidde alleen maar af van het ‘zuivere’ geloof.

Erasmus brak echter niet met de R.K. kerk.
(hij richtte zijn pijlen vooral op de geestelijken, maar niet het instituur kerk)
https://schooltv.nl/video/erasmus-wie-was-erasmus/

Slide 8 - Tekstslide

0

Slide 9 - Video

Kenmerkend aspect: de splitsing van de kerk in West-Europa
  • 1517: Maarten Luther stuurt een brief aan een bisschop met 95 stellingen van misstanden (b.v. aflaten, verkopen van kerkelijke ambten, schending celibaat etc.).
  • Hij wilde een hervorming (reformatie) binnen de kerk op gang brengen, maar werd door de paus beschuldigd van ketterij.
  • Dankzij de boekdrukkunst verspreiden zijn ideeën zich snel over West en Noord Europa.
  • 1521: Rijksdag in Worms: Luther werd uit de katholieke kerk gezet (maar gered door de koning van Saksen, die hem opnam in zijn kasteel).

Kern van zijn leer: alleen oprecht berouw (spijt) over zijn zonden kon de mens redden (en niet d.m.v. allerlei handelingen waarbij geestelijke nodig waren zoals aflaten).

Slide 10 - Tekstslide

Aanleiding van de 'revolte' door Luther?

  • Johann Tetzel (1465-1519) op bezoek in de buurt van Wittenberg.
    Uitspraak: “Als het geld in het kistje klinkt, ‘t zieltje in de hemel springt” 
  • Tetzel stelde de aflaat in. Een manier om via een document je zonden (of van iemand die al overleden is, en verblijft in het vagevuur) af te kopen!
  • Doel van de opbrengst? Bouw St. Pieter in Rome
  • Reactie Luther volgens de overlevering? 95 stellingen (kritiek) op de deur van de kerk in Wittenberg (mythevorming, wel stellingen, echter volgens historici niet op kerkdeur)

Slide 11 - Tekstslide

Kenmerkend aspect: de splitsing van de kerk in West-Europa
Johannes Calvijn was een andere belangrijke hervormer ui de 16e eeuw. Ze hadden veel overeenkomsten, maar ook verschillen.
Calvijn:
  • predestinatieleer: De mens is zondig en slecht. Al voor je geboorte stond vast wie naar de hemel ging en wie naar de hel. De mens had daar geen invloed op (volgens Luther had de mens er wel invloed op door te geloven).
  • Lagere bestuurders mogen tegen de overheid in opstand komen mits deze niet in overeenstemming met de Bijbel de ware godsdienst bevorderden (volgens Luther moest de overheid het geloof van de onderdanen bepalen).

Slide 12 - Tekstslide

0

Slide 13 - Video

Kenmerkend aspect: de splitsing van de kerk in West-Europa
Luther uitte kritiek op o.a:
  • Katholieke geestelijken als tussenpersoon voor vergeving (via sacramenten/goede werken)
  • Paus die zich meer gedroegen als wereldlijke vorsten dan religieuze leiders en te materialistisch bezig waren (b.v: bouw St. Pieter etc.)  
  • Geestelijken waren meer bezig met hun eigen belangen en pleziertjes  
  • Verkopen van kerkelijke ambten (simonie) aan adel die vaak vanwege meerdere functies geen tijd hadden voor hun kerkelijke plichten (verwereldlijking geestelijken ofwel antiklerikalisme)  
  • Schenden van celibaat  

Slide 14 - Tekstslide

Politieke wending met name in Duitse Rijk
  • Duitse vorsten gingen vaak over op het lutheranisme omdat ze tegen pauselijke bemoeienis waren in hun rijk (belastingafdracht aan Rome en juridische macht). Na 1521 godsdienstoorlogen!
  • Lutheranisme als ideologische rechtvaardiging voor het verzet tegen de katholieke keizer Karel V die gezag wilde over het Duitse Rijk. 
  • In 1545 oorlog tussen Karel V en protestantse vorsten. In 1552 verloor hij en gaf hij de strijd op. Uitkomst: Vrede van Augsburg (1555): iedere Duitse vorst mocht nu zelf zijn godsdienst bepalen (cuius regio, eius religio = wiens land, diens godsdienst)
  • In grote delen van het Duitse Rijk werd de lutherse kerk de officiële staatskerk en ondergeschikt aan de wereldlijke overheid.

Slide 15 - Tekstslide

Reactie Katholieke kerk: Contrareformatie! (ofwel rekatholisering)
Hervorming binnen de katholieke kerk met duidelijke dogma’s en een offensieve houding tegen afvalligen (zoals protestanten): 
  • 1559: pauselijke index, een lijst met verboden boeken (waaronder Erasmus)
  • 1545-1563: concilie (kerkvergadering) van Trente: aanscherpen dogma’s en benadrukken van pauselijke suprematie.
  • Kerkorganisatie hervormen (bisschoppen en priesters opleiden aan universiteiten en seminaries en stimuleren religieus volksonderwijs) 
Politieke doel: terugwinnen van ‘verloren’ gebieden op de protestanten (met wereldlijke steun van Habsburgse huis van Karel V en Filips II). 

Concilie (kerkvergadering)  van Trent

Slide 16 - Tekstslide

Reactie Katholieke kerk: Contrareformatie! (ofwel rekatholisering)
Cultureel doel: de kunst gebruiken om de glorie en de grootsheid van heiligen te benadrukken en te overweldigen en te imponeren met pracht en praal om mensen te laten terugkeren naar de moederkerk. 

Deze kunststijl noemen we Barok.

Slide 17 - Tekstslide

Welke kritiek had Erasmus in zijn 'Lof der Zotheid'? Noem minimaal 2 kritiekpunten.

Slide 18 - Open vraag

Leg uit waarom Erasmus niet met de R.K. Kerk brak?

Slide 19 - Open vraag

a. Wat was de aanleiding dat Luther zijn hervormingsideeën verder uitwerkte?
b. Noem 3 onderdelen binnen de leer van de kerk die Luther bestreed

Slide 20 - Open vraag

Luther werd niet zoals voorgangers met dezelfde ideeën ter dood veroordeeld of gevangen gezet. Geef 2 redenen waarom zijn optreden wel een 'succes' kon worden?

Slide 21 - Open vraag

Calvijn was een radicaler hervormer dan Luther. Geef daarvan twee voorbeelden.


Slide 22 - Open vraag

Leg uit waarin Luther en Calvijn verschilden wat betreft de verhouding tussen overheid en kerk.

Slide 23 - Open vraag

Slide 24 - Tekstslide

Bekijk het interieur van deze protestantse, calvinistische kerk. Waarin verschilt deze van een katholieke kerk op de vorige dia? Leg uit!

Slide 25 - Open vraag

Lees de bron. Beredeneer welke hervormer het fragment heeft geschreven

Slide 26 - Open vraag

Leg uit waardoor de leer van Calvijn belangrijker werd voor Nederland dan die van Luther

Slide 27 - Open vraag

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 28 - Open vraag

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 29 - Open vraag