Oogspieren, vaatvlies, netvlies, oogzenuw, lens en glasachtige lichaam.
Aan de buitenkant van het oog ligt het harde oogvlies.
De middelste laag heet het vaatvlies. Dat vlies bestaat
uit bloedvaten. Bloedvaten brengen zuurstof en
voedingsstoffen naar het oog. Ze voeren koolstofdioxide
en afvalstoffen af. De binnenste laag heet netvlies.
In het netvlies zintuigcellen. Als er licht op de
zintuigcellen valt, gaan impulsen vanaf het oog door
de oogzenuw naar de hersenen. Binnen in het oog
ligt het glasachtige lichaam. Het glasachtige
lichaam is doorzichtig. Direct achter de pupil ligt de lens.
De lens is ook doorzichtig.