REPASO 2 Y 3 (periode 3)

Ella es ...
A
rubio
B
morena
C
pelliroja
D
rubia
1 / 17
volgende
Slide 1: Quizvraag
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Ella es ...
A
rubio
B
morena
C
pelliroja
D
rubia

Slide 1 - Quizvraag


Él lleva ...
A
gafas
B
barba

Slide 2 - Quizvraag


Él tiene ...
A
la nariz grande
B
la nariz pequeña
C
los ojos grandes
D
el pelo rubio

Slide 3 - Quizvraag


Ella lleva ...
A
una vestida roja
B
un vestido rojo
C
una falda roja
D
un faldo rojo

Slide 4 - Quizvraag


¿Qué es?
A
una camisa
B
una camiseta

Slide 5 - Quizvraag


Es un chico ...
A
mayor
B
joven

Slide 6 - Quizvraag

camisa azul
vestido rosa
falda amarilla
botas rojas
vaqueros negros
corbata blanca

Slide 7 - Tekstslide

Los colores / de kleuren
blanco/a = wit
azul = blauw
rojo/a = rood
verde = groen
marrón = bruin
negro/a = zwart
amarillo/a  = geel
naranja = oranje
rosa = roze
violeta = paars
gris = grijs
Let op: de kleuren komen achter de kledingstukken.
Ze passen zich ook aan mannelijk/vrouwelijk of enkelvoud/meervoud. 

La falda blanca
Los vaqueros azules
Los zapatos rojos

Slide 8 - Tekstslide

Aanwijzende voornaamwoorden
   deze/dit = dichtbij
   die/dat = ver weg

In het Spaans passen de aanwijzende voornaamwoorden zich  aan aan het zelfstandig naamwoord waar ze voor staan. 

Je hebt dus
mannelijke, vrouwelijke en meervoudsvormen

Slide 9 - Tekstslide

_____ falda de allí es preciosa.

Slide 10 - Open vraag

_____ vestidos de ahí son caros.

Slide 11 - Open vraag

_____ zapatillas de aquí son negras.

Slide 12 - Open vraag

_____ cazadora de ahí es marrón.

Slide 13 - Open vraag

_____ calcetines de aquí cuestan €5.

Slide 14 - Open vraag

_____ chico de aquí se llama Juan.

Slide 15 - Open vraag

_____ chicas allí son muy guapas.

Slide 16 - Open vraag

¿Quién es quién?

Slide 17 - Tekstslide