1. Je begrijpt wat lijden is en kan verschillende vormen van lijden identificeren.
2. Je kan empathie tonen voor mensen die lijden en kan begrip tonen voor hun situatie.
3.Je kan verschillende coping-strategieën bedenken of benoemen om met lijden om te gaan.
4.Je kan reflecteren op je eigen opvattingen over lijden en deze bespreken met klasgenoten.