2.2 Napoleon (2)

Vooraf
Voor het einde van de timer, zorg je dat je klaar bent voor de les (dus niet pas als de timer voorbij is....)


Lessonup

  • Gebruik je eigen naam (smiley/emoji mag)
  • Gebruik elke keer dezelfde naam!

timer
1:00
Rules!
  • We respecteren elkaar en elkaars spullen; we laten elkaar uitspreken en behandelen elkaar met respect.
  • Je komt goed voorbereid naar de les; materiaal goed voor elkaar, ingelezen, etc.
  • Eten, drinken of naar het toilet doen we zoveel mogelijk na de les of in de pauze
  • De telefoon blijft in de tas
  • We gebruiken de laptop uitsluitend voor schooldoeleinden
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vooraf
Voor het einde van de timer, zorg je dat je klaar bent voor de les (dus niet pas als de timer voorbij is....)


Lessonup

  • Gebruik je eigen naam (smiley/emoji mag)
  • Gebruik elke keer dezelfde naam!

timer
1:00
Rules!
  • We respecteren elkaar en elkaars spullen; we laten elkaar uitspreken en behandelen elkaar met respect.
  • Je komt goed voorbereid naar de les; materiaal goed voor elkaar, ingelezen, etc.
  • Eten, drinken of naar het toilet doen we zoveel mogelijk na de les of in de pauze
  • De telefoon blijft in de tas
  • We gebruiken de laptop uitsluitend voor schooldoeleinden

Slide 1 - Tekstslide

Deze les.....
  1. Beantwoord de vragen in het kopje: 'je weet'
  2. Om 9:30 gaan we de vragen kort doornemen.
  3. Heb je niets, telt dit als huiswerk niet gemaakt

Slide 2 - Tekstslide

Wat betekent: Verlichting?
A
Omschakeling in 17e eeuw dat men meer met wetenschap doet
B
kritische manier van denken uit de 17e eeuw
C
Afdeling in de IKEA waar lampen verkocht worden
D
Manier van regeren waarbij één persoon alle macht heeft (zonnekoning)

Slide 3 - Quizvraag

Wat betekent: Absolutisme
A
Vorm van regeren waarbij de macht verdeeld is tussen de stadhouder en raadspensionaris
B
Vorm van regeren waarbij de macht verdeeld wordt over regenten
C
Vorm van regeren waarbij de koning alle macht heeft
D
Vorm van regeren waarbij de leiders gekozen worden door het volk

Slide 4 - Quizvraag

De Franse samenleving was een standensamenleving bij welke stand hoorde de koning?
A
Eerste stand
B
Tweede stand
C
Derde stand

Slide 5 - Quizvraag

Tekst
Sleep de sociale standen naar de goede plek:
Eerste stand
Tweede stand
Derde stand

Slide 6 - Sleepvraag

Hoort een rijke man automatisch bij de tweede stand (edelen)?
A
Ja
B
Nee

Slide 7 - Quizvraag

Om steun te krijgen voor deze belasting liet Lodewijk XIV de drie standen stemmen. Elke stand had één stem.

Waarom wist hij zeker dat de nieuwe belasting er zou komen?
A
Omdat de eerste en tweede stand dit makkelijk konden betalen en dus voor zouden stemmen
B
Omdat de eerste en tweede stand geen belasting betalen en dus voor zouden stemmen
C
Omdat de eerste en tweede stand met veel mensen zijn en dus makkelijk konden winnen
D
Omdat de koning toch het laatste woord heeft en dus de belasting gewoon kan doorvoeren

Slide 8 - Quizvraag

Koning Lodewijk XIV
Keizer Napoleon Bonaparte

Slide 9 - Tekstslide

De hele Franse revolutie begon omdat zij vonden dat de koning te veel macht hebben en de Franse revolutie eindigt ermee dat ze een keizer krijgen die alle macht in handen heeft. En toch vond het volk het goed... hoe kan dat?

Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Video

Keizer Napoleon
  • Napoleon pleegt een staatsgreep en verdrijft de radicalen.

  • Laat een nieuwe grondwet maken:
1) Einde van de standenmaatschappij
2) Burgerlijk recht; iedereen krijgt gelijke rechten in Frankrijk
3) Nationale vergadering (bestuur van de mensen blijft bestaan)
4) kiesrecht wordt afgeschaft, mensen mogen niet meer kiezen wie ze als leiders willen

Slide 12 - Tekstslide

Zou het volk deze nieuwe grondwet accepteren of zou er weer een revolutie uitbreken?
A
Accepteren
B
REVOLUTIE!!

Slide 13 - Quizvraag

Soldaat Napoleon
  • Hij is altijd al soldaat geweest en om Frankrijk sterker te maken doet hij waar hij het beste in is:... oorlog!

  • Napoleon verovert bijna heel Europa

  • Tot hij 1812 Rusland binnenviel (in de winter)

Slide 14 - Tekstslide

Zou Napoleon Rusland weten te verslaan?
A
Ja
B
Nee

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Tekstslide

Homework
Lezen: 26

Maken: 5a, 5b, 6a, 8, 10
Continuïteit en verandering
Continuïteit: Dingen die amper of nauwelijks veranderen, zoals wetten die blijven bestaan. Of de ideeën van de verlichting.
Verandering: Dingen die wél veranderen, zoals de leiders gedurende de terreur.

Slide 19 - Tekstslide