De bunkers lagen gemiddeld 800 meter van elkaar met daartussen versperringen, mijnenvelden, tankmuren en grachten. De naam Atlantikwall was pure propaganda: het was geen muur. Het waren losse bunkers en veldversterkingen, samengevoegd in steunpunten. Hierin leefden de soldaten, waren er kanonnen, mitrailleurs maar ook commandoposten en verbandplaatsen.