Klas 1 week 12 les 2

Bienvenu(e)s!

Lesdoelen (buts)

Je gaat nieuwe Franse woorden leren die te maken hebben met vervoer en de weg wijzen 
Wat ga je doen?
Ga naar Arrêt Chapitre 6 PC C
Schrijf in jouw vocabulaireschrift/map 
met een vouw in het midden
links: Frans rechts: Nederlands
Beluister de uitspraak
de woorden/zinnen van PC C op
Klaar? Bedek de Nederlandse vertaling en kijk welke zinnen je al kent. Werk met * en potlood
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Bienvenu(e)s!

Lesdoelen (buts)

Je gaat nieuwe Franse woorden leren die te maken hebben met vervoer en de weg wijzen 
Wat ga je doen?
Ga naar Arrêt Chapitre 6 PC C
Schrijf in jouw vocabulaireschrift/map 
met een vouw in het midden
links: Frans rechts: Nederlands
Beluister de uitspraak
de woorden/zinnen van PC C op
Klaar? Bedek de Nederlandse vertaling en kijk welke zinnen je al kent. Werk met * en potlood

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen/buts
Aan het eind van de les:
- Weet ik welke voorzetsels bij welk vervoersmiddel worden gebruikt
- Aan het eind van de les heb ik de antwoorden van de lesopdracht besproken
 - Heb ik woordenschat herhaald


Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

De richtingen
à gauche
à droite
tout droit

Slide 4 - Tekstslide

Tout près
Loin

Slide 5 - Tekstslide

le cinéma
la gare

Slide 6 - Tekstslide

Woordenboekgebruik
Woorden opzoeken in het woordenboek

Als je een onbekend woord opzoekt in het woordenboek, kun je het letterlijke woord uit de tekst vaak niet vinden. In het woordenboek moet je zoeken op het zoekwoord: bijvoorbeeld een heel werkwoord of het enkelvoud van een zelfstandig naamwoord of bijvoeglijk naamwoord. Zo zul je het woord sont niet vinden, maar wel het hele werkwoord être.

Slide 7 - Tekstslide

Lesopdracht (individueel)
Kijk/controleer of je de volgende woorden nog N-F kent/weet :

· De dagen van de week.
· De maanden van het jaar
· De getallen
· Het hele rijtje van de werkwoorden hebben en zijn in de présent.
Klaar? Ga aan de slag met de weektaak Frans.



Slide 8 - Tekstslide

Klaar? Ga zelfstandig aan de slag met de weektaak
Maken van de oefeningen en/of leren van de vocabulaire
In stilte werken zolang de timer loopt.

Slide 9 - Tekstslide

Lesdoelen behaald?

Slide 10 - Tekstslide

à la prochaine!
;

                              
                              les déchets dans la poubelle
                              

                              restez à ta place jusqu'à 59/29
Samen zorgen we voor een fijne werkplek in het lokaal!

Slide 11 - Tekstslide