Leerjaar 2 Hoofdstuk 1.4 Schrijven (deel 2)

Welkom!
Pak je boeken en etui, zet je tas op de grond.

Zit klaar zodat we direct met de les kunnen beginnen.

Magister; controle absentie, boeken en huiswerk. 

1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
Pak je boeken en etui, zet je tas op de grond.

Zit klaar zodat we direct met de les kunnen beginnen.

Magister; controle absentie, boeken en huiswerk. 

Slide 1 - Tekstslide

lezen Password

Slide 2 - Tekstslide

Lesopbouw
  • Wat weet je al?
  • Doel
  • Instructie
  • Inoefenen
  • snap je het?
  • zelfstandig werken
  • afsluiting 5 min voor einde les

Slide 3 - Tekstslide

Wat weet je al van alinea's?

Slide 4 - Open vraag

Doel
Aan het eind van de les weet je hoe je een alinea goed opbouwt.

Slide 5 - Tekstslide

Opbouw van een alinea
Een tekst bestaat uit alinea's dat geldt ook voor een zakelijke brief. Als je goed alinea's schrijft, is de opbouw van je brief duidelijker. Daarmee help je de lezer, zodat die de tekst beter kan begrijpen.

Slide 6 - Tekstslide

Goede alinea's
  • Behandel in elke alinea één deelonderwerp.
  • Begin de alinea met de kernzin: dat is de belangrijkste zin van de alinea.
  • Geef in je volgende zinnen een toelichting op de kernzin. Je kunt een voorbeeld geven of je geeft meer uitleg over het deelonderwerp.

Slide 7 - Tekstslide

(Reminder)Zakelijke brief
  • Je gebruikt alinea's voor een duidelijke opbouw van de tekst.
  • Deelonderwerpen -> één onderwerp per alinea
  • Gebruik signaalwoorden en verwijswoorden
  • Eerste zin van de brief begint nooit met IK
  • Kern is langer dan inhoud en slot
  • Datum in je brief schrijf je met letters
  • Beleefde aanhef
  • Afsluiten met voor- en achternaam

Slide 8 - Tekstslide

Per alinea behandel je één deelonderwerp.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Je begint een alinea met de kerzin.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Een alinea mag maar uit één zin bestaan.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quizvraag

Zelfstandig werken
Hoofdstuk 1.4 Schrijven en formuleren
opdracht: 8, 9, 10 en 11
Gebruik je schrijfplan (Staat in Somtoday)
Nagekeken? Stuur je brief via teams naar mij!

timer
10:00

Slide 12 - Tekstslide

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 13 - Open vraag