MK1 SS7 chapter 2 I

Welcome MK1

Week 41  - Lesson 1
Grammar 

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welcome MK1

Week 41  - Lesson 1
Grammar 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Today's class
At the end of this class I...
  • ...know the correct word order of English sentences.
  • ... can write correct English sentences.

Slide 3 - Tekstslide

Homework check: Exercise 52(b), page 

Slide 4 - Tekstslide

Homework check: Theme words, page 122
Translate:
geweldig
gek zijn op
moe zijn van
genieten (van)
lesrooster
derde




  • awesome
  • (to) be crazy about
  • (to) be tired of
  • (to) enjoy
  • timetable
  • third



Slide 5 - Tekstslide

Word order, p. 116

Slide 6 - Tekstslide

Wie doet wat waar wanneer?
             O              ww              lv             plaats                    tijd

Slide 7 - Tekstslide

EXAMPLE:
Peter liep vanmiddag samen met Patrick naar zijn huis.
Peter walked together with Patrick to his house this afternoon.

Slide 8 - Tekstslide

Stap 1?
A
werkwoorden
B
tijd
C
onderwerp
D
plaats

Slide 9 - Quizvraag

Stap 2?
A
werkwoorden
B
onderwerp
C
plaats
D
tijd

Slide 10 - Quizvraag

Stap 3?
A
onderwerp
B
lijdend voorwerp
C
plaats
D
tijd

Slide 11 - Quizvraag

Stap 4?
A
plaats
B
werkwoorden
C
onderwerp
D
tijd

Slide 12 - Quizvraag

stap 5?
A
lijdend voorwerp
B
onderwerp
C
tijd
D
werkwoorden

Slide 13 - Quizvraag

Stappenplan
1. onderwerp                         WIE
2. werkwoord(en)               DOET
3. lijdend voorwerp            WAT
4. plaats                                  WAAR
5. tijd                                        WANNEER

De tijd kan ook aan het begin van de zin worden gezet!

Slide 14 - Tekstslide

Which sentence is correct?
A
In the city centre, Jane bought a present today.
B
Jane bought a present in the city centre today.
C
Jane bought in the city centre today a present.

Slide 15 - Quizvraag

Which sentence is correct?
A
To Dublin I went in 2018.
B
I went to Dublin in 2018.
C
I went in 2018 to Dublin.

Slide 16 - Quizvraag

Which sentence is correct?
A
He wears his favourite jacket to school every day.
B
He wears his favourite jacket every day to school.

Slide 17 - Quizvraag

Word order
Put the words in the correct order.

Slide 18 - Tekstslide

has - Liz - computer science - in the library

Slide 19 - Open vraag

every day at 8 o'clock - at the bus stop - I - meet my friends

Slide 20 - Open vraag

a school party - have - We - twice a year

Slide 21 - Open vraag

on Wednesday - have - English - I

Slide 22 - Open vraag

Homework
Make/maken:
- Exercise 58, page 117
- Exercise 59(c), page 118

Learn/leren:
- Grammar 6, page 116

Slide 23 - Tekstslide