Les 4.3 - Rekenen met gewicht-1
1 / 26
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
andere grootheden
Slide 3 - Woordweb
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Wat is de afkorting van kilogram?
A
kilo
B
gram
C
g
D
kg
Slide 9 - Quizvraag
Wat is de afkorting van gram?
A
g
B
gr
C
gram
D
kilo
Slide 10 - Quizvraag
Hoeveel gram is een kilogram?
A
1
B
10
C
100
D
1000
Slide 11 - Quizvraag
Hoeveel kilogram is 1000 gram?
A
1
B
10
C
100
D
1000
Slide 12 - Quizvraag
Wat geeft deze weegschaal aan?
A
112 kg
B
11,2 kg
C
112 g
D
11,2 g
Slide 13 - Quizvraag
Wat geeft deze weegschaal aan?
A
70 kg
B
80 kg
C
75 kg
D
76 kg
Slide 14 - Quizvraag
Wat weegt 1 kg?
A
1,5 liter cola
B
pak suiker
C
koffiepads
D
zak chips
Slide 15 - Quizvraag
Wat is gelijk aan 0,5 kg?
A
5 g
B
50 g
C
500 g
D
5000 g
Slide 16 - Quizvraag
Wat is gelijk aan 1,5 kg
Kies twee antwoorden.
Kies twee antwoorden.
A
1 kg en 500 g
B
1 kg 50 g
C
15 kg
D
1500 g
Slide 17 - Quizvraag
Wat is gelijk aan 2,1 kg?
A
21 g
B
210 g
C
2100 g
D
21000 g
Slide 18 - Quizvraag
Wat is gelijk aan 3800 g?
A
3,8 kg
B
38 kg
C
0,38 kg
D
380 kg
Slide 19 - Quizvraag
Hoeveel weegt ongeveer een potlood?
A
10 g
B
0,5 kg
C
100 g
D
1 kg
Slide 20 - Quizvraag
Een olifant weegt ongeveer 5
A
ton
B
kg
C
g
D
mg
Slide 21 - Quizvraag
Een man weegt ongeveer 80
A
ton
B
kg
C
g
D
mg
Slide 22 - Quizvraag
Een auto weegt ongeveer 1000
A
ton
B
kg
C
g
D
mg
Slide 23 - Quizvraag
Een rijstkorrel weegt ongeveer 20
A
ton
B
kg
C
g
D
mg
Slide 24 - Quizvraag
Wat is de juiste volgorde van licht naar zwaar?
A
iPad, reep, stiften, puntenslijper
B
puntenslijper, stiften, iPad, reep
C
puntenslijper, stiften, reep, iPad
D
stiften, puntenslijper, reep, iPad
Slide 25 - Quizvraag
Zet de gewichten op volgorde van zwaar naar licht
3 ton
50 kg
100mg
2 kg
1 g
900kg
2300kg
