3.2 Zwoegen en zweten

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 2

3.2 Zwoegen en zweten

van kleinschalige handmatige productie in de huisnijverheid...

... naar grootschalige machinale productie in fabrieken

Waarom vertrekken steeds meer mensen in de 19e eeuw van het platteland naar de stad? 

Let op: De weekinkomsten van een mannelijke arbeider

was ongeveer 900 cent (9 gulden)

3.2 Zwoegen en zweten

Industriële Revolutie

• Grote machines in fabrieken nemen het werk over, waardoor er meer en sneller geproduceerd kan worden. 

• Om de machines te besturen, zijn er arbeiders nodig. Ze gaan rond de fabriek in de stad wonen.

• Verhuizen van platteland naar de stad noemen we urbanisatie. 

Leven van de arbeiders was zwaar:

• 12 tot 16 uur per dag werken 
• 6 of 7 dagen per week
• geen vakanties
• weinig salaris
• kleine woning
• slechte hygiëne 
• onveilig werk
• kinderarbeid

Aan de slag

Paragraaf 3.2 Zwoegen en zweten

Blz.  46 van je leerboek

Blz. 63 van je werkboek

• Opdrachten 2a, 2c, 3, 4 en 5