KNM 4.4 - 4.5-4.6

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2PraktijkonderwijsLeerjaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

vandaag
kennismaken
paragraaf 4.4, 4.5 en 4.6
om 11.15: uitleg voor nieuwe cursisten

Slide 2 - Tekstslide

kennismaken
stel jezelf kort voor, bijvoorbeeld:
Hoe heet je?
Hoe lang woon je al in Nederland?
Wat is je beroep?
Hoe is je gezin?

Slide 3 - Tekstslide

Gezondheid
4.4 De tandarts, fysiotherapeut en psycholoog

4.5  Een kind krijgen

4.6   zorg voor ouderen










Slide 4 - Tekstslide

Huiswerk vorige les
  • leer par. 4.7 (ook de blauwe woorden)
  • Maak op de ELO paragraaf 4.7

check zorgverzekering en donorregister

Slide 5 - Tekstslide

4.4 De tandarts, fysiotherapeut en psycholoog

  • Tekst blz. 48
  • Oefening 8: bespreek samen

Slide 6 - Tekstslide

4.5 Een kind krijgen
  • Hoe gaat het in jouw land?
  • Heb je in jouw land ook verloskundigen, gynaecologen, kraamzorg en een consultatiebureau?
 




Slide 7 - Tekstslide

4.5 Een kind krijgen

  • Tekst blz. 49

Slide 8 - Tekstslide

4.5 Een kind krijgen
de verloskundige - Als de vrouw ongeveer 8 weken zwanger is, helpt bij de bevalling.

Als er  problemen tijdens de zwangerschap zijn, ga je dan naar de gynaecoloog

de kraamzorg - Blijft 8 dagen helpen in huis. Je moet dat op tijd regelen.

het consultatiebureau - 4 weken na de geboorte
= 1 maand ga je voor het eerst. Ze geven advies voor vaccinaties. Kinderen gaan tot ze 4 jaar zijn.
 




Slide 9 - Tekstslide

opdracht 9
bespreek de vragen bij 'een kind krijgen'.

Slide 10 - Tekstslide

4.5 Een kind krijgen
Leeftijd van het kind
Hoe wordt zo'n kind genoemd?
0 tot 1 jaar
de baby
1 tot 4 jaar
de peuter
4 tot 6 jaar
de kleuter
6 tot 12 jaar
het schoolkind
12 tot 18 jaar
de puber

Slide 11 - Tekstslide

Ze helpt bij de bevalling als je baby wordt geboren.
A
de kraamhulp
B
de gynaecoloog
C
de oppas
D
de verloskundige

Slide 12 - Quizvraag

Ze komt een week bij je in huis helpen als de baby er is.
A
de kraamhulp
B
de gynaecoloog
C
de oppas
D
de verloskundige

Slide 13 - Quizvraag

Hier krijgen ouders van kinderen tot 4 jaar advies.
A
de kraamhulp
B
de gynaecoloog
C
het consultatiebureau
D
de verloskundige

Slide 14 - Quizvraag

Een dokter in het ziekenhuis die helpt bij problemen als je zwanger bent.
A
de kraamhulp
B
de gynaecoloog
C
de oppas
D
de verloskundige

Slide 15 - Quizvraag

4.6 Zorg voor ouderen
Thuiszorg - hulp met schoonmaken en boodschappen doen of met douchen en aankleden.
Mantelzorg - familie of buren zorgen voor de ouderen.
Wijkverpleegkundige - maakt een zorgplan met de huisarts.
Soms heb je meer recht op extra geld voor bijvoorbeeld thuiszorg.
recht op hebben - staat in de regels
Verzorgingshuis of een verpleeghuis - er zijn de hele dag verpleegkundigen aanwezig om voor je te zorgen.
 




Slide 16 - Tekstslide

4.6 Zorg voor ouderen
  • Oefening 10 op blz. 50 in tweetallen




Slide 17 - Tekstslide

Wat moet je allemaal betalen, als je erg ziek bent of geopereerd moet worden?

Slide 18 - Woordweb

Huiswerk
  • Maak op de ELO 4.4, 4.5 en 4.6 
  • Leer de blauwe woorden van 4.4, 4.5 en 4.6 
  • Presentatie Sara- 5.2 Kinderopvang


Slide 19 - Tekstslide

4.4 De tandarts, fysiotherapeut en psycholoog

  • Tekst blz. 48
  • Oefening 8: bespreek samen

Slide 20 - Tekstslide

4.5 Een kind krijgen

  • Tekst blz. 49

Slide 21 - Tekstslide

4.5 Een kind krijgen
  • Hoe gaat het in jouw land?
  • Heb je in jouw land ook verloskundigen, gynaecologen, kraamzorg en een consultatiebureau?
 




Slide 22 - Tekstslide

4.5 Een kind krijgen
de verloskundige - Als de vrouw ongeveer 8 weken zwanger is, helpt bij de bevalling.

Als er  problemen tijdens de zwangerschap zijn, ga je dan naar de gynaecoloog

de kraamzorg - Blijft 8 dagen helpen in huis. Je moet dat op tijd regelen.

het consultatiebureau - 4 weken na de geboorte
= 1 maand ga je voor het eerst. Ze geven advies voor vaccinaties. Kinderen gaan tot ze 4 jaar zijn.
 




Slide 23 - Tekstslide

4.5 Een kind krijgen
Leeftijd van het kind
Hoe wordt zo'n kind genoemd?
0 tot 1 jaar
de baby
1 tot 4 jaar
de peuter
4 tot 6 jaar
de kleuter
6 tot 12 jaar
het schoolkind
12 tot 18 jaar
de puber

Slide 24 - Tekstslide

maak in tweetallen
het werkblad 'zorgverleners'

Slide 25 - Tekstslide

Ze helpt bij de bevalling als je baby wordt geboren.
A
de kraamhulp
B
de gynaecoloog
C
de oppas
D
de verloskundige

Slide 26 - Quizvraag

Een dokter in het ziekenhuis die helpt bij problemen als je zwanger bent.
A
de kraamhulp
B
de gynaecoloog
C
de oppas
D
de verloskundige

Slide 27 - Quizvraag

Ze komt een week bij je in huis helpen als de baby er is.
A
de kraamhulp
B
de gynaecoloog
C
de oppas
D
de verloskundige

Slide 28 - Quizvraag

Hier krijgen ouders van kinderen tot 4 jaar advies.
A
de kraamhulp
B
de gynaecoloog
C
het consultatiebureau
D
de verloskundige

Slide 29 - Quizvraag

Huiswerk voor januari
  • Maak op de ELO 4.4 en 4.5
  • Leer de blauwe woorden van 4.4 en 4.5



Slide 30 - Tekstslide