Juridisch Jargon

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 3

Juridisch Jargon, 23 nov 2020

1. Opfrissen tangconstructie

2. Juridische Jargon

3. Oefening 4a

a. Jargon/afkortingen vervangen

b. lijdende vormen markeren

Tangconstructie

Een lidwoord (de, het, een) en zelfstandig naamwoord die zo ver uit elkaar staan dat de zin lastig te lezen is.

Ik las in het in 1950 door Harriëtte Beecher Stowe geschreven boek, genaamd 'De Negerhut van oom Tom, informatie die nieuw voor mij was.

Los de tangconstructie op:

1. zet het lidwoord en het zelfstandig naamwoord naast elkaar;
   
2. Zet erachter een komma;
3. Gebruik die (de-woorden) of dat (het-woorden);
4. Zet de informatie uit de tang erachter;
5. Sluit af met een komma.

Ik las in het in 1950 door Harriëtte Beecher Stowe geschreven boek, genaamd 'De Negerhut van oom Tom, informatie die nieuw voor mij was.

Welke uitwerking is correct en waarom de andere uitwerkingen niet?

Het door de studenten gemaakte huiswerk is gecontroleerd.

1. Het huiswerk is gecontroleerd.
2. Het huiswerk door de studenten gemaakt is gecontroleerd.
3. Het huiswerk, die door de studenten is gemaakt, is gecontroleerd.
4. Het huiswerk, dat de door de studenten is gemaakt, is gecontroleerd.
5. Het huiswerk, dat de studenten hebben gemaakt, heeft de klas gecontroleerd.

Juridisch Jargon

Hoe goed beheers jij het juridische jargon?

Vul een synoniem in voor het woord dat onderaan staat vermeld.

1. Abusievelijk is Umu door de docent op afwezig gezet.
Abusievelijk?

De coronamaatregelen werden geëffectueerd door de lokale overheid.
Effectueren?

Door Ruud van Thiel werd het examen in duplo aangeleverd bij de examencommissie.
In duplo?

Het coronavirus is blijkens de meest gangbare explicatie veroorzaakt door contact met dieren.
Blijkens? Explicatie?

Voorheen was Randstad in dit pand gevestigd; er vigeerde een streng regime.
Voorheen? Vigeren?

Een paspoort kan worden afgehaald bij de balie, met dien verstande dat een legitimatiebewijs wordt meegenomen.
Met dien verstande?

Aan de slag

Waar?

 It's Learning, juridisch jargon

Opdracht 4a: winkelsluitingsverordening

Wat?

1. Markeer het jargon/de afkortingen;

2. Zet de eenvoudige synoniemen tussen haakjes erachter;

3. Markeer eventuele lijdende vormen;

4. Lever in.