H. 5 Nabespreken toets + Extra oefening/Havo verticale lijn/lijn door 2 punten

Wiskunde - H5 Lineaire formules
1 / 51
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Wiskunde - H5 Lineaire formules

Slide 1 - Tekstslide

Nodig:
Ruitjesschrift
Wiskundeboek
Rekenmachine
Pen, potlood, iPad

Slide 2 - Tekstslide

Afspraken
  1. Je hebt je boek, schrift, schrijfgerei, iPad en agenda op je tafel.
  2. We doen actief mee met de uitleg:
    - We maken aantekeningen in ons schrift. 
    - Antwoorden op je wisbordje als hierom gevraagd wordt.
  3. Het huiswerk is de eerstvolgende les af.
  4. Bij huiswerkcheck --> niet af = 14.30u afmaken.
  5. We vragen om hulp; docent, klasgenoot. 
  6. iPad en oortjes alleen bij toestemming.


Slide 3 - Tekstslide

Deze les:
 

        Toets nabespreken           25
        Extra oefening digitaal    15
        Afsluiting                                 5



Zakaria, Sep en Lena

        Havo opdr. blz. 212-213    40
        Klaar? Kijk na en verbeter.
        Afsluiting                                 5                
VMBO
HAVO

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

In 20 minuten tijd, daalt de inhoud van 16 liter naar 12 liter = 4 liter. Omdat het met 4 daalt, zeggen we -4.

Berekening hellingsgetal: -4 : 20 = -0,2

Slide 13 - Tekstslide

Hellingsgetal = -0,2

Formule: 
inhoud = -0,2t + 16 

Slide 14 - Tekstslide

Hellingsgetal = -0,2

Formule: 
inhoud = -0,2t + 16 OF inhoud = 16 - 0,2t

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Hellingsgetal = 5
Hellingsgetal = -3,2
Hellingsgetal = 1

Slide 17 - Tekstslide

Hellingsgetal = 5
Hellingsgetal = -3,2
Hellingsgetal = 1
Hellingsgetal negatief, dan dalend.

Slide 18 - Tekstslide

Hellingsgetal = 5
Hellingsgetal = -3,2
Hellingsgetal = 1
Hellingsgetal negatief, dan dalend.
A en C, ze hebben allebei 7 als startgetal.

Slide 19 - Tekstslide

Hellingsgetal = 5
Hellingsgetal = -3,2
Hellingsgetal = 1
Hellingsgetal negatief, dan dalend.
A en C, ze hebben allebei 7 als startgetal.
Elke formule met -3,2x is goed. Bijv. -3,2x + 3

Slide 20 - Tekstslide

Hellingsgetal = 5
Hellingsgetal = -3,2
Hellingsgetal = 1
Hellingsgetal negatief, dan dalend.
A en C, ze hebben allebei 7 als startgetal.
Elke formule met -3,2x is goed. Bijv. -3,2x + 3
Bij het hellingsgetal 0.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Je weet: een lineaire formule ziet er altijd zo uit:

y = ...x + ...         of         y = ...x - ...

Slide 25 - Tekstslide

Je weet: een lineaire formule ziet er altijd zo uit:

y = ...x + ...         of         y = ...x - ...
hellingsgetal
startgetal

Slide 26 - Tekstslide

Je weet: een lineaire formule ziet er altijd zo uit:

y = ...x + ...         of         y = ...x - ...
hellingsgetal
startgetal
Dus: 
y = 2,5x - 4       of
y = -4 + 2,5x

Slide 27 - Tekstslide

= startgetal
hellingsgetal

Slide 28 - Tekstslide

= startgetal
hellingsgetal
Je weet: een lineaire formule ziet er altijd zo uit:

y = ...x + ...         of         y = ...x - ...
startgetal
hellingsgetal

Slide 29 - Tekstslide

= startgetal
hellingsgetal
Je weet: een lineaire formule ziet er altijd zo uit:

y = ...x + ...         of         y = ...x - ...
startgetal
hellingsgetal
Dus: 
w = 6,25t + 25       of
w = 25 + 6,25t

Slide 30 - Tekstslide

Welke twee waarden moet ik weten voor het opstellen van een lineaire formule?

Slide 31 - Tekstslide

Welke twee waarden moet ik weten voor het opstellen van een lineaire formule?

hellingsgetal      1=         2=          3=
startgetal            1=         2=          3=

Slide 32 - Tekstslide

Welke twee waarden moet ik weten voor het opstellen van een lineaire formule?

hellingsgetal      1=         2=          3=
startgetal            1= 5      2= 4       3= -2

Slide 33 - Tekstslide

Welke twee waarden moet ik weten voor het opstellen van een lineaire formule?

hellingsgetal      1=         2=          3=
startgetal            1= 5      2= 4       3= -2
Lijn 1 daalt op de y-as van 5 naar 2 in 2 (minuten) op de x-as.
Het hellingsgetal is dus: 
-3 : 2 = -1,5

Slide 34 - Tekstslide

Welke twee waarden moet ik weten voor het opstellen van een lineaire formule?

hellingsgetal      1= -1,5  2=          3=
startgetal            1= 5      2= 4       3= -2
Lijn 2 blijft constant. Het hellingsgetal is dus 0.

Slide 35 - Tekstslide

Welke twee waarden moet ik weten voor het opstellen van een lineaire formule?

hellingsgetal      1= -1,5  2= 0       3=
startgetal            1= 5      2= 4       3= -2
Lijn 3 stijgt op de y-as van -2 naar 4 in 2 (minuten) op de x-as.
Het hellingsgetal is dus: 
6 : 2 = 3

Slide 36 - Tekstslide

Welke twee waarden moet ik weten voor het opstellen van een lineaire formule?

hellingsgetal      1= -1,5  2= 0       3= 3
startgetal            1= 5      2= 4       3= -2
Nu kunnen we de formules maken.
1. y = -1,5x + 5
2. y = 4
3. y = 3x - 2

Slide 37 - Tekstslide

Welke tabel geeft een lineaire grafiek?
A
1
B
2
C
3
D
Weet ik niet.

Slide 38 - Quizvraag

Lees het hellingsgetal af in de volgende tabel.
A
-1
B
+3
C
-3
D
Weet ik niet.

Slide 39 - Quizvraag

Hellingsgetal
Startgetal

Slide 40 - Sleepvraag

Wat is het startgetal van grafiek 1?
Welke lijn is recht evenredig en waarom?

Slide 41 - Open vraag

Extra oefenen digitaal


       15 minuten 
Klaar? Vergelijk antwoorden met buurman/vrouw.
timer
15:00

Slide 42 - Tekstslide

Dinsdag 9 januari - 
Extra oefening digitaal af
Havo: opdracht H7 t/m H13 (blz. 212-213)

Slide 43 - Tekstslide

-

Aan de slag in boekmodus.

Maak opdracht T1 t/m T5 (blz. 186)

Tijd: 35 min
Klaar? Kijk je werk na.


Je leert...

...een formule bij een verticale lijn opstellen.

...een lineaire formule opstellen bij een lijn door twee gegeven punten.
VMBO
HAVO
Schrijf mee

Slide 44 - Tekstslide

-

Aan de slag in boekmodus.

Maak opdracht E7 t/m E10 
(blz. 192)

Tijd: 35 min
Klaar? Kijk je werk na.


Verticale lijn



VMBO
HAVO
Schrijf mee

Slide 45 - Tekstslide

-

Aan de slag in boekmodus.

Maak opdracht T1 t/m T5 (blz. 186)

Tijd: 35 min
Klaar? Kijk je werk na.


Lijn uit 2 punten
P(1,6) en Q(6,31)
Stap 1: maak een schets

VMBO
HAVO

Slide 46 - Tekstslide

-

Aan de slag in boekmodus.

Maak opdracht T1 t/m T5 (blz. 186)

Tijd: 35 min
Klaar? Kijk je werk na.


Stap 2:
Hellingsgetal =




VMBO
HAVO
525=+5
61316=525=+5

Slide 47 - Tekstslide

-

Aan de slag in boekmodus.

Maak opdracht T1 t/m T5 (blz. 186)

Tijd: 35 min
Klaar? Kijk je werk na.


Stap 3: startgetal 
Formule

P of Q invullen in de formule

VMBO
HAVO
y=5x+b
y=ax+b
6=5×1+b
b=1

Slide 48 - Tekstslide

-

Aan de slag in boekmodus.

Maak opdracht T1 t/m T5 (blz. 186)

Tijd: 35 min
Klaar? Kijk je werk na.


Stap 4: Formule 



VMBO
HAVO
y=5x+1

Slide 49 - Tekstslide

Je leert om extra te oefenen of met recht evenredigheid aan de slag te gaan.
VMBO-T: opdracht T1 t/m T5 (blz. 186)
HAVO: opdracht H11 t/m H14 (blz. 198)

Tijd: 10 minuten 
Klaar? Vergelijk antwoorden met buurman/vrouw.

timer
10:00
Buurmanmodus

Slide 50 - Tekstslide

Je leert om extra te oefenen of met recht evenredigheid aan de slag te gaan.
VMBO-T: opdracht T1 t/m T5 (blz. 186)
HAVO: opdracht H11 t/m H14 (blz. 198)

Tijd: 10 minuten 
Klaar? Vergelijk antwoorden met buurman/vrouw.

timer
10:00
Baasmodus

Slide 51 - Tekstslide