HV2 H1 Par3

Bevolking
Par. 1.3
Geboorte en sterfte
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Bevolking
Par. 1.3
Geboorte en sterfte

Slide 1 - Tekstslide

Weet je het nog?

Slide 2 - Tekstslide

Hoe bereken je de bevolkingsdichtheid van een gebied?

Slide 3 - Open vraag

Bevolkingsdichtheid =

Aantal bewoners : Aantal km2

Slide 4 - Tekstslide

Op welke manieren wordt de bevolkingsdichtheid bepaald door de natuur?

Slide 5 - Open vraag

Natuur --> Bevolkingsdichtheid

door
- klimaat
- relief
- aanwezigheid water
- bodemvruchtbaarheid

Slide 6 - Tekstslide

Filmpje over babyboomers

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Link

Hoeveel groeide de bevolking in de eerste 4 jaren na de tweede wereldoorlog?
A
100.000
B
600.000
C
800.000
D
1.200.000

Slide 9 - Quizvraag

Waarom werd een brommer zo populair?

Slide 10 - Open vraag

Hoeveel bromfietsen waren er op het hoogtepunt rond 1970?
A
5.000
B
500.000
C
1.000.000
D
1.900.000

Slide 11 - Quizvraag


Hoe werden de jongeren genoemd die op dit soort brommers zaten?
A
nozems
B
dolle mina's
C
kikkers
D
bullen

Slide 12 - Quizvraag

Waarom werd de bromfiets na 1970 weer minder populair?

Slide 13 - Open vraag

Filmpje over vergrijzing

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Link

Wat is vergrijzing?
A
Meer grijze haren
B
Minder kleur
C
Meer ouderen boven 65 jaar
D
In verhouding meer ouderen

Slide 16 - Quizvraag

Wat is de babyboom?
A
Heel veel kinderen die na WO2 werden geboren
B
Een speciale plant waar kinderen graag van eten
C
Een geboorteoverschot

Slide 17 - Quizvraag

Welke reden wordt genoemd voor het dalen van de geboortecijfers in de 60-er jaren?

Slide 18 - Open vraag

Vanaf wanneer gaan de babyboomersmet pensioen?
A
2000
B
2010
C
2020
D
2025

Slide 19 - Quizvraag

Door betere gezondheidszorg is vooral het aantal mensen dat overlijdt aan
A
kanker kleiner
B
hart- en vaatziekten kleiner
C
dementie kleiner

Slide 20 - Quizvraag

Welk gebied is minder vergrijsd dan de andere drie?
A
Zuid-Limburg
B
Zeeuws-Vlaanderen
C
Flevoland
D
Oost-Groningen

Slide 21 - Quizvraag

Waarom is Flevoland minder vergrijsd?

Slide 22 - Open vraag

Welke nadelen zijn er voor een gebied als er vergrijzing is?
A
Minder werk
B
Minder winkels
C
Minder rust
D
Minder scholen

Slide 23 - Quizvraag

Waarom levert vergrijzing ook nieuwe kansen voor ondernemers?

Slide 24 - Open vraag