geschiedenis kiesrecht groep 8
1 / 19
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Toen Napoleon verslagen was, werd Willem I ............ van het Koninkrijk der Nederlanden.
A
koning
B
stadhouder
C
burgemeester
D
minister president
Slide 3 - Quizvraag
Willem I benoemde zelf zijn .........
A
grondwet
B
ministers
C
wetten
D
parlement
Slide 4 - Quizvraag
Er was een Belgisch ........ dat meepraatte over beslissingen.
A
bestuur
B
parlement
C
ministerraad
Slide 5 - Quizvraag
Daar zaten vooral ........ in.
A
arbeiders
B
mensen van adel
C
rijken
D
vrienden van Willem I
Slide 6 - Quizvraag
Willem I bepaalde zelf hoe het land (1) werd. Vooral (2) waren daar ontevreden over. Zij betaalden veel (3).Maar ze hadden geen (4).
Schrijf de cijfers 1 t/m 4 op en kies uit:
belasting - bestuurd - ingedeeld - inspraak - ministers - rijke burgers
Schrijf de cijfers 1 t/m 4 op en kies uit:
belasting - bestuurd - ingedeeld - inspraak - ministers - rijke burgers
Slide 7 - Open vraag
Stond het in de herschreven wet van Thorbecke?Sleep de zin naar het juiste vak.
JA
NEE
Alle mannen die belasting betalen, krijgen voortaan kiesrecht.
Alle volwassenen mogen voortaan stemmen bij verkiezingen.
De koning krijgt minder macht, voortaan regeren de ministers.
Ministers bepalen voortaan wie er in het parlement komt.
Slide 8 - Sleepvraag
Wie deed de uitspraak? Sleep de uitspraken naar de juiste vakken.
confessioneel
socialist
liberaal
Ik wil dat de arbeiders ook een fatsoenlijk loon krijgen.
Ik wil dat de Bijbel in de klas gelezen wordt.
Ik wil zelf bepalen hoe ik handel drijf.
Ik vind dat de regering moet betalen voor de school van mijn kinderen.
Slide 9 - Sleepvraag
Waarom waren de liberalen tegen gratis christelijk onderwijs?
A
Zij dachten dat godsdienstles ten koste ging van taal en rekenen
B
Zij vonden dat er al goed en gratis openbaar onderwijs was voor iedereen.
C
Zij waren tegen het christelijke geloof en de Bijbel.
D
Zij waren zelf niet katholiek of protestants opgevoed.
Slide 10 - Quizvraag
Confessionelen en socialisten voerden de schoolstrijd.
A
waar
B
niet waar
Slide 11 - Quizvraag
De vakbond was een politieke partij van de socialisten.
A
waar
B
niet waar
Slide 12 - Quizvraag
Liberalen, confessionelen en socialisten richtten eigen politieke partijen op.
A
waar
B
niet waar
Slide 13 - Quizvraag
Liberalen wilden veel vrijheid, zodat ze makkelijk handel konden drijven.
A
waar
B
niet waar
Slide 14 - Quizvraag
Wie kregen het eerste kiesrecht en wie daarna? Zet de groepen in de juiste, chronologische volgorde van 1 naar 3.
1
2
3
arbeiders en vrouwen
mannen vanaf 25 jaar die belasting betaalden
rijke heren die veel belasting betaalden
Slide 15 - Sleepvraag
Welke twee uitspraken zouden van Aletta Jacobs kunnen zijn geweest?
A
Meer huishoudtaken voor de vrouw!
B
Studeren: ook voor vrouwen!
C
Voor vrouwenkiesrecht!
D
Vrouwenmode: Ja!
Slide 16 - Quizvraag
Welke rechten hadden mannen en welke rechten hadden vrouwen net na 1919?
bankzaken doen
eigen bedrijf beginnen
over eigen geld beslissen
stemmen bij verkiezingen
Slide 17 - Sleepvraag
Wat kun je met een tijdbalk laten zien?
A
De chronologische volgorde van gebeurtenissen.
B
De politieke ideeën van een groep mensen.
C
Hoe het dagelijks leven er vroeger uitzag.
