2022 - B10 - De weg die impulsen afleggen

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Wat gaan we deze les doen?

- Huiswerk bespreken van B9

- Basisstof 10

- Practicum (demo)

- Opdrachten maken/huiswerk

Grote hersenen

Hersencentra:
Zintuigelijke waarneming
Bewuste bewegingen aansturen

Gemaakt huiswerk:

Reader - Waarneming, regeling & gedrag

Basisstof 9

Opdracht 33

Basisstof 10

De weg die impulsen afleggen

Noem 3 soorten zintuigen die je kunt vinden in de huid

Wat is de adequate prikkel van het evenwichtsorgaan?

Hoe heet het onderdeel van het oog waar kegeltjes en staafjes liggen? 

Hoe heten de zenuwcellen die impulsen door het centrale zenuwstelsel leiden?

Linda ziet een schaaltje chocolaatjes op tafel staan.
Ze pakt er één en stopt deze in haar mond.

Beschrijf wat er tijdens deze actie gebeurd in haar zenuwstelsel. Gebruik hierbij de volgende woorden: 

hersenen – impuls (2x) – prikkel – spieren – zintuig – gevoelszenuw –  bewegingszenuw

Linda ziet een schaaltje chocolaatjes op tafel staan.
Ze pakt er één en stopt deze in haar mond.

prikkel => zintuig => impuls (door een gevoelszenuw) => hersenen => impuls (door een bewegingszenuw) => spieren

Een reflex

Functies van een reflex:
- onbewust regelen van motoriek
- snel reageren bij kans op onverwachte beschadiging van het lichaam

• Bij een reflex reageert het ruggenmerg en niet de hersenen
  
• Alleen bij een zeer sterke prikkel
  

Reflexen

- Terugtrekreflex
- Kniepeesreflex 

- Pupilreflex

Reflex (en reflexboog)

Reflexboog:

Reflex (en reflexboog)

Reflexboog:

1. Zintuigcel

Reflex (en reflexboog)

Reflexboog:

1. Zintuigcel

2. Gevoelszenuwcel

Reflex (en reflexboog)

Reflexboog:

1. Zintuigcel

2. Gevoelszenuwcel

3. Schakelcellen (ruggenmerg of hersenstam)

Reflex (en reflexboog)

Reflexboog:

1. Zintuigcel

2. Gevoelszenuwcel

3. Schakelcellen (ruggenmerg of hersenstam)

4. Bewegingszenuwcel

5. Spier/klier

Nu maken/huiswerk

Reader - Waarneming, regeling & gedrag

Basisstof 10

Opdracht 35 & 36

De hersenen

- grote hersenen

- kleine hersenen

- hersenstam

Schors (grijze stof): buitenkant waar veel cellichamen van schakelcellen liggen

Merg (witte stof): binnenkant waar veel uitlopers van schakelcellen liggen