Door leven na de dood?

Voortleven na de dood?
1 / 52
volgende
Slide 1: Tekstslide
GodsdienstMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 52 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Voortleven na de dood?

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen 
  • Je kunt de verschillende visies uitleggen die de wereldgodsdiensten,  het humanisme en symbolische onsterfelijkheid beschrijven over dit onderwerp.
  • Je begrijpt de de juiste termen per levensbeschouwing/ visie en bent instaat deze te benoemen en op de juiste wijze uit te leggen.
  • Je bent instaat om je eigen visie rondom dit thema te formuleren en uit te leggen.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Jodendom

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke persoon begon het Jodendom?
A
Abraham
B
Izak
C
Jakob
D
Jezus

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer behoor je tot het Jodendom?
A
Als je moeder Joods is
B
Als je je bekeerd hebt tot het geloof
C
Als je gelooft in Jahweh
D
Als je in Israël woont

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

   Tenach (O.T)
Tenach is er niet op uit om  de onsterfelijkheid van de mens te bewijzen.

Het veronderstelt dat we onsterfelijk zijn, net zoals het bestaan van God verondersteld wordt.



Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Exodus 3:6
De ziel is onsterfelijk omdat Hij, (God) die de ziel van de mens schiep, Zelf onsterfelijk is.

Ik ben de God van je vader, de God van Abraham, de God van Izaäk en de God van Jakob." 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeld O.T
‘Hij zal de dood voor eeuwig overwinnen en vernietigen. 
De Heer zal de tranen op alle gezichten afvegen....’ 

(Jes. 25:8)

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ruach (levensadem)
  • Betekenis:  ‘geest van God’
  • De ziel bestond al voor de geboorte en leeft na de dood gewoon verder.
  • De ziel is van God afkomstig en blijft dus eeuwig bestaan.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Christendom

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zet de juiste afbeelding bij het juiste feest.
pasen
kerst
hemel
vaart
pink
steren

Slide 12 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Uitspraak van Jezus

  • “Ik ben de opstanding en het leven; wie in Mij gelooft zal leven ook al is hij gestorven, en een ieder die leeft en in Mij gelooft zal in eeuwigheid niet sterven “
                (Joh. 11 :25) 



Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Alles nieuw

  • Het lichaam sterft, maar de ziel leeft voort bij God.
  • Nieuw onsterfelijk lichaam.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Openbaring 21
God zelf zal alle tranen van hun ogen afvegen. En de dood zal er niet meer zijn. Niemand zal nog verdrietig zijn, treuren of pijn hebben. Want de eerste dingen zijn voorbij."


Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk Bijbelboek is Openbaringen in de Bijbel?
A
De laatste
B
De eerste
C
Begin van het N.T
D
Einde van het O.T

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Islam

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat hoort bij welke godsdienst?
christendom
islam
beide
mohammed
Monotheïsme
Kerk
moskee
Mekka
Bijbel
Jezus
koran

Slide 18 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Regels
Je houden aan de 5 zuilen.

De daden van de mensen worden gewogen. 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Goede en slechte daden
De mensen met veel goede daden zullen naar het paradijs gaan.
De ongelovigen en zij die slechte daden hebben  gedaan,
zullen naar de hel gaan.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beschrijving paradijs.

Verschillende hemelen.
70 maagden als beloning.
Voor eeuwig jong.
Geen ontlasting.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hindoeïsme

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Video

Deze slide heeft geen instructies


Hindoeïsme
Wie zijn de drie belangrijkste goden in het hindoeïsme?
Vul drie antwoorden in.
A
B
C
D

Slide 24 - Quizvraag

De drie belangrijkste goden zijn:​
Shiva (A), Vishnu (C) en Brahma (D). ​Zij vormen de hindoeïstische drie-eenheid. Hun goddelijke krachten vullen elkaar aan. Samen vormen zij een grote goddelijke kracht.

(B. Ganesha is niet één van de drie belangrijkste goden, maar wel een favoriete god voor veel mensen.)
A. Shiva staat voor de vernietigende kracht van Brahman. Shiva laat alles vergaan, zodat het vervolgens weer opnieuw kan beginnen. Shiva is dan ook de god van de wedergeboorte. Hij heeft meerdere 'avatars' (gedaanteverschijningen). Zo wordt hij onder andere afgebeeld als heer van de dans omringd door een vlammencirkel, die de nooit eindigende cirkel van de tijd symboliseert. Zijn vrouw is de godin Parvati.

C. Vishnu is de beschermer van het heelal. Hij is de zonnegod die licht en leven geeft. Vaak wordt hij afgebeeld op een adelaar of slapend op een reuzenslang. Zijn vrouw is Lakshmi.

D. Brahma (niet te verwarren met Brahman) laat de scheppende kracht van Brahman zien. Brahma is de god die het heelal heeft geschapen. Hij wordt afgebeeld met vier hoofden die naar de vier windrichtingen kijken. Zijn vrouw is Saraswati.

In het museum staan beelden van deze goden. Hindoes mogen een eigen god uitkiezen als zij gaan bidden of om offers aan te geven. Wie kan een voorbeeld van een offer geven? [Uitleg staat op de volgende slide].


Atman
Ziel; levensadem.
Geen persoonlijke eigenschappen.
Werkelijke "ik" is onpersoonlijk en emotieloos.

Atman = stukje Brahman in de mens

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de 'atman'
zonder omhulsel is bevrijd uit de samsara
en gaat terug naar de goddelijke bron. (brahman)

Dus: atman =brahman.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Moksja
  • Verlossing uit de samsara.
  • Staat waarin de atman geen omhulsel meer heeft.
  • Het onpersoonlijke zijn blijft over als onderdeel van de brahman.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hindoes geloven in                     .             

Dat wil zeggen dat de                      na de dood van mens of dier het lichaam verlaat.  

Hoe je terug komt heeft te maken met je                    .

Je kan in het leven nooit veranderen van                     . 

Dit moet je accepteren, dat noem je                      .     

Hoe lang je in deze                     blijft weet eigenlijk niemand.
reïncarnatie
atman
karma
kaste
dharma
samsara

Slide 28 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Boeddhisme

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Het paard in het schaakspel beweegt 2 velden horizontaal met 1 veld verticaal of een beweging van 2 velden verticaal met 1 veld horizontaal. 

Er ontstaat bij een paardensprong altijd een L-vorm.
Het boeddhisme staat op nummer van vijf in het rijtje en is dus de kleinste van dit lijstje.
De paardensprong
R
I
i
L
S
G
E
E

Slide 31 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

De leer van de vier edele waarheden
1. Alle leven is lijden. (Dukkha)
2. Lijden ontstaat door verlangens.

3. Het beheersen van die verlangens stopt het lijden.
4. Het achtvoudige pad leert je om je verlangens te beheersen.

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De bovenaardse macht: De wet van karma
  • De wetmatigheid van de natuur. 
  • Alles wat nu gebeurt en nu bestaat wordt veroorzaakt door vroegere daden of gebeurtenissen.

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

REÏNCARNATIE
  • Er ontstaat een nieuw wezen dat opgebouwd is door karma uit een vorig leven.
  • De samsara wordt in stand gehouden door:
1. Begeerte (verlangens)
2. Onwetendheid (geen inzicht)

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nirwana
  • Uitgedoofd, uitgewaaid.
  • Staat waarin de onwetendheid is overwonnen door het inzicht. 
  • Het beheersen van de 4 edele waarheden.
  • Verlost van de begeerte naar aardse bezittingen.

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sleep de begrippen naar de juiste plek.
Hindoeïsme
Boeddhisme
Verlichting noemen we Nirvana
Verlichting noemen we Moksha
Bij ons heeft heel lang het kastenstelsel bestaan.
We hebben heel veel Heilige Boeken.
Met Dharma bedoelen wij de Leer.
Met Dharma bedoelen wij je plicht.
Je kan alleen zelf voor Verlossing zorgen.

Slide 36 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Humanisme

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 Kernpunten humanisme
Humanus = de mens betreffende.
  •  De mens moet zelf vorm en zin geven aan zijn leven.
  • De mens heeft recht om over zijn eigen leven te beschikken.
  •  Vertrouwen in de menselijke wil en verstand.

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke is onjuist bij Erasmus?
A
kerkhervormer
B
Goede tafelmanieren
C
Rotterdam
D
humanist

Slide 39 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 40 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Religieuze humanisten
  • God en het geloof moeten niet centraal staan maar de mens zelf.
  • Erasmus vond dat er in de kerk dingen gebeurden die niet goed waren. Hij hoopte dat de kerk dit door zijn kritiek zélf ging aanpakken.

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke uitspraak is denk je van Erasmus?
A
God is dood
B
de wortel van al het goede is genot
C
het is de hoogste wijsheid soms een dwaas te spelen
D
wij hebben het heelal gratis gekregen

Slide 42 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vrijzinnige humanisten
  • Leven in het hier en nu, ze geloven niet in een leven na de dood. 
  •  Ze leven alleen verder in de herinneringen van de mensen die hen dierbaar waren.
  • De zin van het leven ligt in het leven zelf.

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eindigheid
Bewustzijn bevindt zich alleen in de hersenen.
Je echte “ik “ bevindt zich dus enkel en alleen in je hersenen.
De hersenen sterven, dus je “ik” is ook gestorven.
Conclusie: geen leven na de dood.

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 45 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Als je de zin van het bestaan koppelt aan het voortbestaan van jouw “ik” ,
maakt de dood dan een einde aan de zin van jouw bestaan?
Leg je antwoord duidelijk uit.

Slide 46 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Symbolische onsterfelijkheid

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Symbolische onsterfelijkheid

Alles wat je bent, vindt en doet heeft invloed op anderen.
Je draagt voortdurend iets van jezelf over op anderen.

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Memen (Nabootsing)

Mensen nemen fragmenten  over van de cultuur.
Het "zelf" is een verzameling memen. Deze worden van brein tot brein gekopieerd.

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke overtuiging rondom onsterfelijkheid vind jij het meest acceptabel en waarom?

Slide 50 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Zijn de leerdoelen behaald?
  • Ik kan de verschillende visies uitleggen die de wereldgodsdiensten,  het humanisme en symbolische onsterfelijkheid beschrijven over dit onderwerp.
  • Ik begrijp de de juiste termen per levensbeschouwing/ visie en ben instaat deze te benoemen en op de juiste wijze uit te leggen.
  • Ik ben instaat om je eigen visie rondom dit thema te formuleren en uit te leggen.

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Exitticket

Slide 52 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies