Het rivierenlandschap in Nederland
1 / 10
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat weet je al van de rivieren in
Nederland?
Nederland?
Slide 2 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 4 - Tekstslide
De grootste rivieren in Nederland zijn de Rijn, de Maas, de Waal en de IJsel. Deze rivieren worden voornamelijk gevoed door regenwater. Maar de Rijn bestaat voor een groot deel ook uit het smeltwater wat vanuit de Alpen komt.
Rivieren zijn natuurlijke verschijnsels. Ze zijn, in tegenstelling tot kanalen, niet door de mens gemaakt.
Stel de vraag: Welke rivier stroomt het dichtst langs onze school?
Antwoord: de Rijn, die stroomt langs Alphen aan de Rijn en door leiden heen.
Slide 5 - Tekstslide
Rivieren zijn, in tegenstelling tot kanalen, niet gemaakt door de mens. Ze lopen niet in rechte lijnen maar hebben wijde bochten. Deze natuurlijke bochten worden meanders genoemd.
Deze bochten worden door erosie steeds meer uitgesleten. Steentjes, zand, klei en nog veel meer schuren door de stroming langs de bodem en de zijkanten. Dit zorgt ervoor dat de bochten dieper en wijder worden.
Slide 6 - Tekstslide
Een rivier heeft altijd 2 dijken. De zomerdijk en de winterdijk. In de winter komt het water boven de zomerdijk uit. In de zomer zakt het water weer tot onder de zomerdijk.
Het gedeelte tussen deze 2 dijken noemen we uiterwaarden. Omdat deze grond de helft van het jaar onder water staat is het erg vruchtbaar. In de zomer groeit er gras en laten boeren er vaak hun vee op grazen.
Welke gevaren denk je dat rivieren kunnen vormen?
Slide 7 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 8 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Welke oplossingen heb je in de video gehoord?
Slide 9 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Slide 10 - Tekstslide
De kinderen bedenken in groepjes een nieuwe, creatieve oplossing om Nederland te beschermen tegen overstromingen.
Eerst gaan ze hierover brainstormen met z'n allen. Als ze een idee hebben mogen ze een A3 blad pakken en hun idee uittekenen.
Als elk groepje hun idee heeft uitgetekend, presenteert elk groepje hun idee klassikaal.
