Poëzieweek 2025

Week van de poëzie!
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsSecundair onderwijs

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Week van de poëzie!

Slide 1 - Tekstslide

Thema : Mijn lijf

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Wat vind ik het belangrijkste voor mezelf?
Hoe ik eruitzie.
Wie ik ben.

Slide 4 - Poll

Welke delen van jouw lichaam vind je echt 'onmisbaar'?
Met andere woorden, welke lichaamsdeel zou jij echt nooit willen/kunnen missen?

Slide 5 - Open vraag

Slide 6 - Tekstslide

Past dit gedicht bij het thema 'mijn lijf'? Waarom?

Slide 7 - Open vraag

In de stilte van de nacht
waar woorden overbodig zijn, 
vind ik troost in jouw omhelzing
 een knuffel, zacht en fijn.

Jouw armen om me heen
 een schuilplaats voor mijn ziel,
Een knuffel zegt zoveel




Slide 8 - Tekstslide

Past dit gedicht bij het thema 'mijn lijf'? Waarom?

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Tekstslide

Gedichten zijn niet meer van deze tijd.
JA
NEE

Slide 11 - Poll

Poëzie is enkel voor meisjes.
JA
NEE

Slide 12 - Poll

Poëzie is moeilijk.
JA
NEE

Slide 13 - Poll

Gedichten moeten rijmen.
JA
NEE

Slide 14 - Poll

Soorten poëzie

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Maak vandaag iemand bij met een gedicht
1. We gaan aan de slag met de verschillende soorten poëzie.
2. Volg telkens het stappenplan.
3. Werk netjes. Maak eerst een kladversie op het kladblad.
4. Wanneer je zelf even geen inspiratie hebt, dan hou je het vooral rustig en stoor je de anderen niet.
5. Op het einde van de les geef je je bundel af.
________
Sarah

Slide 21 - Tekstslide

Het thema is : mijn lijf
Inspiratie:
Over welk lichaamsdeel zou je een gedicht kunnen schrijven?
Wat is voor jou 'schoonheid'?
Wat vind jij zo belangrijk aan je lichaam?

Slide 22 - Tekstslide

Een elfje
Een gedicht met 11 woorden
Regel 1: 1 woord (het centrale thema)
Regel 2: 2 woorden (verduidelijk waarover het gaat)
Regel 3: 3 woorden
Regel 4: 4 woorden
Regel 5: 1 woord (een woord dat het centrale thema nog eens benadrukt).

Slide 23 - Tekstslide

Voorbeeld

Lichaam
Beweegt soepel
Voelt elke adem
Mijn thuis, mijn kracht
Lijf

Slide 24 - Tekstslide

Een naamgedicht/acrostichon

De eerste letters van elke regel vormen een woord.
In dit geval jouw naam.
Noteer de letters van jouw naam onder elkaar.
Maak met elke letter een zin die passend is bij jou.

Slide 25 - Tekstslide

Voorbeeld

Sterk in taal
Altijd duidelijk
Rustig en geduldig
Aandacht voor iedereen
Houdt van lesgeven

Slide 26 - Tekstslide