PR NE - W2 - Een idee verschijnt: verhaalboog

- een object (bijvoorbeeld: een pluim van een duif/duivel)

- een antagonist (bijvoorbeeld: een weeskind)

- een dier (bijvoorbeeld: een pony)

- een locatie (bijvoorbeeld: de tent van een waarzegger)

- een probleem (bijvoorbeeld: geen handen hebben)

Dit noteerde je al ter voorbereiding van 

het opwarmend spel:

Je dacht ook al na over een verhaaltje waarin deze items konden verwerkt worden.

Drie verhalen worden voorgelezen. Kan de klas raden wat de vijf items waren in de verhalen?

- object 

- antagonist 

- dier 

- locatie 

- probleem

Verdeel je volgens de groepsverdeling van je coach.

Vertel in je groepje 30 seconden over je protagonist.