DISK Thema 8 Technologie - woordenschat groen

DISK technologie
Woordenschat les
1 / 52
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 52 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

DISK technologie
Woordenschat les

Slide 1 - Tekstslide

Veel nieuwe woorden!
Wat betekenen de woorden van de woordenlijst?
Schrijf de woorden in je schrift.

Slide 2 - Tekstslide

Type hier een titel
Woorden groep groen
Nu doen we de woorden van groep groen.
Groep roze kan beginnen aan de woordenlijst.

Schrijf voor elk woord de woordendriehoek in je schrift.
In je schrift:
De reactie: praten, antwoord, gevoel.

Slide 3 - Tekstslide

Type hier een titel
Als
  • Als

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:



Slide 4 - Tekstslide

Type hier een titel
๐Ÿ“ฑHet apparaat
  • Mijn nieuwe telefoon is een handig apparaat om fotoโ€™s te maken en berichten te sturen.

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
Technologie
Telefoon
Machine

Slide 5 - Tekstslide

Type hier een titel
De arts
  • De arts

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:



Slide 6 - Tekstslide

Type hier een titel
๐Ÿ‘จโ€๐Ÿš€De astronaut
  • De astronaut vertelde over zijn ervaringen tijdens de ruimtereis.

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Ruimte
  • Ruimtereis
  • Wetenschap

Slide 7 - Tekstslide

Type hier een titel
De autofabriek ๐Ÿš—
  • Voorbeeldzin: In de autofabriek worden duizenden auto's per dag geproduceerd.

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Maken
  • Auto's
  • Fabriek

Slide 8 - Tekstslide

Type hier een titel
De batterij๐Ÿ”‹
  • Mijn telefoon is bijna leeg, ik moet de batterij opladen.

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Energie
  • Opladen
  • Elektronica

Slide 9 - Tekstslide

Type hier een titel
Beschrijven โœ๏ธ
Kun je het schilderij beschrijven zodat ik het beter kan begrijpen?

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Uitleggen
  • Vertellen
  • Uitzien

Slide 10 - Tekstslide

Type hier een titel
Bezoeken
Ik ga mijn vriendin morgen in het ziekenhuis bezoeken.

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Komen
  • Reizen
  • Ontmoeten

Slide 11 - Tekstslide

Type hier een titel
Dalen
  • Dalen

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:



Slide 12 - Tekstslide

Type hier een titel
Eentje
Ik wil maar eentje van die nieuwe boeken kopen.

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • 1
  • Weinig
  • Kiezen

Slide 13 - Tekstslide

Type hier een titel
De emotie
Ze kon haar emotie niet verbergen toen ze het nieuws hoorde.

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Gevoel
  • Reactie
  • Uitdrukking

Slide 14 - Tekstslide

Type hier een titel
De fabriek 
De fabriek maakt honderd auto's per dag.

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Maken
  • Werken
  • Machines

Slide 15 - Tekstslide

Type hier een titel
Het gevaar
  • Het gevaar

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:



Slide 16 - Tekstslide

Type hier een titel
De grap๐Ÿ˜‚
Hij vertelde een grappige grap en iedereen moest lachen.

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Humor
  • Lachen
  • grappig

Slide 17 - Tekstslide

Type hier een titel
De hersenen๐Ÿง 
Je hersenen werken hard op school.

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Denken
  • Hoofd
  • Leren

Slide 18 - Tekstslide

Type hier een titel
Hoeveel
Hoeveel appels heb je in de mand gelegd?

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Getal
  • Vragen
  • Tellen

Slide 19 - Tekstslide

Type hier een titel
De inhoud๐Ÿ“ฆ
De inhoud van de doos was precies wat ik had besteld.

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Wat erin zit
  • Vulling
  • Beschrijving

Slide 20 - Tekstslide

Type hier een titel
Inmiddels
  • Inmiddels

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:



Slide 21 - Tekstslide

Type hier een titel
Lijken
  • De tweelingzussen lijken op elkaar.

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:



Slide 22 - Tekstslide

Type hier een titel
Meegaan
Wil je met mij meegaan naar de film vanavond?

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Samen
  • Gaan
  • Bewegen

Slide 23 - Tekstslide

Type hier een titel
Menselijk
De robot lijkt heel menselijk.

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Mensen
  • Emoties
  • Natuur

Slide 24 - Tekstslide

Type hier een titel
Mini
De nieuwe robot is echt mini.

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Heel klein
  • Handig


Slide 25 - Tekstslide

Type hier een titel
De mobiel
  • Mobiel

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:



Slide 26 - Tekstslide

Type hier een titel
Modern
Het nieuwe museum is heel modern.

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Nieuw
  • Van nu
  • Technologie


Slide 27 - Tekstslide

Type hier een titel
Nabespreken
We gaan de toets nabespreken

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Praten
  • Daarna
  • goed en fout


Slide 28 - Tekstslide

Type hier een titel
Onderweg
Ik ben onderweg naar school

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Gaan
  • Reizen
  • Bezig


Slide 29 - Tekstslide

Type hier een titel
Het onderwerp ๐Ÿ“š
Het onderwerp van de les is technologie

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Thema
  • Praten
  • Informatie


Slide 30 - Tekstslide

Type hier een titel
Onthouden
  • Onthouden

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:



Slide 31 - Tekstslide

Type hier een titel
De ontwikkeling
De technologie is nog steeds in ontwikkeling

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Veranderen
  • Beter worden
  • Maken


Slide 32 - Tekstslide

Type hier een titel
De operatie
  • De operatie

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:



Slide 33 - Tekstslide

Type hier een titel
De prijs ๐Ÿ’ฐ
De nieuwe Iphone heeft een hoge prijs.

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Kosten
  • Geld
  • Betalen



Slide 34 - Tekstslide

Type hier een titel
Realiseren
Ik realiseer mij hoe belangrijk school is.

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Weten
  • Snappen
  • Begrijpen



Slide 35 - Tekstslide

Type hier een titel
De ruimtereis ๐Ÿš€
De astronaut maakt een ruimtereis.

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • De astronaut
  • Ruimte
  • Planeten



Slide 36 - Tekstslide

Type hier een titel
Schitterend
  • Schitterend

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:



Slide 37 - Tekstslide

Type hier een titel
Slim
  • Slim

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:



Slide 38 - Tekstslide

Type hier een titel
De techniek ๐Ÿ› ๏ธ
Ik wil werken in de techniek.

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Maken
  • Bouwen
  • Technologie 



Slide 39 - Tekstslide

Type hier een titel
De termijn
het huiswerk moet binnen de termijn klaar.

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Tijd
  • Planning 
  • op tijd



Slide 40 - Tekstslide

Type hier een titel
De toerist ๐ŸŒ
De toerist ging naar het museum in Amsterdam.

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Reizen
  • Landen
  • Vakantie



Slide 41 - Tekstslide

Type hier een titel
Tonen
Hij toont zijn presentatie aan de klas.

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:
  • Laten zien
  • Presenteren



Slide 42 - Tekstslide

Type hier een titel
Uitvoeren
  • Uitvoeren

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:



Slide 43 - Tekstslide

Type hier een titel
De vlucht
  • De vlucht

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:



Slide 44 - Tekstslide

Type hier een titel
De voorstelling


๐Ÿ”บ Woorddriehoek:



Slide 45 - Tekstslide

Type hier een titel
Waarschijnlijk
  • Waarschijnlijk

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:



Slide 46 - Tekstslide

Type hier een titel
Wisselen
  • Wisselen

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:



Slide 47 - Tekstslide

Type hier een titel
Het ziekenhuis
  • Het ziekenhuis

๐Ÿ”บ Woorddriehoek:



Slide 48 - Tekstslide

Pak een wisbordje

Slide 49 - Tekstslide

Maak een zin met:

Slide 50 - Tekstslide

Maak een zin met:

Slide 51 - Tekstslide

Maak een zin met:

Slide 52 - Tekstslide