V4 - Chapitre 2 - verbes
1 / 15
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Ex.20b
1. Waaraan is de grote omzet van het bedrijf BIC vooral te danken?
1. Waaraan is de grote omzet van het bedrijf BIC vooral te danken?
A
Aan de verkoop van haar producten aan het buitenland.
B
Aan de uitbreiding van het assortiment in Frankrijk.
C
Aan de export van pennen naar Noord-Amerika.
Slide 3 - Quizvraag
Ex.20b
2. Welk woord past in de laatste zin van de eerste alinea?
2. Welk woord past in de laatste zin van de eerste alinea?
A
donc
B
en effet
C
pourtant
Slide 4 - Quizvraag
Ex.20b
3. Wat wordt er gezegd over Chanel N*5?
3. Wat wordt er gezegd over Chanel N*5?
A
Hij is even populair bij vrouwen als La vie est belle van Lancôme.
B
Hij is niet meer het meest geliefde parfum.
C
Het is nog steeds het best verkochte parfum ter wereld.
Slide 5 - Quizvraag
Ex.20b
4. Wat is GoGo SqueeZ?
4. Wat is GoGo SqueeZ?
A
Een product van een Amerikaans bedrijf.
B
Een concurrent van Pom'Potes.
C
Pom'Potes onder een andere naam.
Slide 6 - Quizvraag
Ex.20b
5. Wat onderscheidt de barcode van de overige producten in de tekst?
5. Wat onderscheidt de barcode van de overige producten in de tekst?
A
De barcode is het enige product dat nauwelijks concurrentie kent.
B
Over het voortbestaan van de barcode bestaat onzekerheid.
C
Het meeste geld wordt aan de barcode verdiend buiten Europa.
Slide 7 - Quizvraag
Fais des paires de synonymes, comme dans l'exercice 22.
célèbre
se servir de
la création
aussi
surtout
indispensable
connu
utiliser
incontournable
également
notamment
l’invention
Slide 8 - Sleepvraag
Slide 9 - Tekstslide
De conditionnel heeft bij het vervoegen dezelfde uitgangen als...
A
de présent
B
de passé composé
C
de futur
D
de imparfait
Slide 10 - Quizvraag
Schrijf de uitgangen van de imparfait op. (je, tu, il, nous, vous, ils)
Slide 11 - Open vraag
Sleep de juiste uitgangen naar de juiste grammaticale tijd.
FUTUR SIMPLE
CONDITIONNEL
je pourrais
je pourrai
vous pourriez
tu pourras
ils pourraient
il pourra
nous pourrions
Slide 12 - Sleepvraag
Slide 13 - Tekstslide
ÊTRE
AVOIR
servir
dormir
sortir
partir
sentir
mentir
