§ 2.3 De stad verandert

De stad verandert 
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

De stad verandert 

Slide 1 - Tekstslide

Herhaling

Slide 2 - Tekstslide

Met welke drie factoren kun je de ligging van een stad verklaren?

Slide 3 - Open vraag

Wat is een primate city?

Slide 4 - Open vraag

Urbanisatie  
Urbanisatie: proces waarbij mensen van het platteland naar de steden trekken. (verstedelijking)

Urbanisatiegraad/verstedelijkingsgraad:
percentage van de
bevolking dat in de stad woont.

Urbanisatietempo/verstedelijkingstempo:
percentage waarmee 
de urbanisatiegraad jaarlijks toeneemt. 
(verstedelijkingstempo)

Slide 5 - Tekstslide

Soms, als je naar school fietst, moet je omrijden. Er wordt weer eens gebouwd in de stad. De stad is nooit af. Dat is niet alleen zo in jouw woonplaats, maar overal in de wereld. In deze paragraaf leer je dat steden veranderen, maar niet overal op dezelfde manier.

Slide 6 - Tekstslide

De grens tussen stad en platteland is tegenwoordig veel minder scherp dan vroeger. Het is nu een brede overgangszone. De stad waaiert uit over haar wijde omgeving met wegen, bedrijventerreinen en voorsteden. In westerse steden is dit proces al langer aan de gang. Veel stedelingen gingen al vanaf 1960 in ruim opgezette voorsteden wonen, in de buurt van de centrale stad (suburbanisatie).

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Verstedelijking = urbanisatie
A
Goed
B
Fout

Slide 9 - Quizvraag

Wat is urbanisatie?
A
Mensen trekken naar de dorpen
B
Mensen verhuizen
C
Mensen verhuizen naar de steden
D
Mensen zijn op zoek naar ruimte en een grote woning

Slide 10 - Quizvraag

Door suburbanisatie.....
A
verrijkt de stad
B
verarmt de stad

Slide 11 - Quizvraag

Suburbanisatie = verstedelijking
A
Juist
B
Onjuist

Slide 12 - Quizvraag

Suburbanisatie is...
A
dat mensen naar de stad verhuizen
B
dat mensen naar een ander land verhuizen
C
dat mensen op het platteland gaan wonen
D
dat een stad groeit

Slide 13 - Quizvraag

Nieuw is, dat steeds vaker aan de rand van de grote stad meestal bij een kruispunt van autowegen compleet nieuwe steden ontstaan waar je kunt wonen, werken, winkelen, de randstad. Ook in veel arme landen zie je dat de bevolking in steden en stadjes in de randzone sneller groeit dan in de megastad (bron 11). Veel migranten vestigen zich steeds vaker hier. Voordelen? Je woont er goedkoper, je hebt meer ruimte, je kunt er nog voedsel verbouwen en.. de stad is toch dichtbij.

Slide 14 - Tekstslide

Wat is er bijzonder aan deze wijk?

Slide 15 - Tekstslide

Waar woon jij?
A
In de stad.
B
Op het platteland.
C
In een overgangsgebied

Slide 16 - Quizvraag

  • Welk gebied zien we? 
  • Verklaar hoe dit is ontstaan.  

Slide 17 - Tekstslide

Welk gebied zien we?
Verklaar hoe dit is ontstaan.

Slide 18 - Open vraag

Welk deel, wat je wel in een Europese stad vindt, mis je hier? 

Slide 19 - Tekstslide

De Amerikaanse stad. Wanneer je naar het centrum van een Amerikaanse stad rijdt, verandert de omgeving (bron 12). Al ver buiten de stad liggen ruim opgezette woonwijken met laagbouw: de suburbs. Hier wonen mensen met een hoger inkomen. Je rijdt langs een gigantisch winkelcentrum of shopping mall. Dicht bij het centrum passeer je oudere woonwijken met een veel hogere dichtheid. Hier wonen mensen uit de lagere inkomensgroepen.

In veel steden zijn dit probleemwijken. De rijkere bewoners zijn vertrokken naar de suburbs, de armere blijven achter. Hoog boven alles uit torent het centrum met zijn wolkenkrabbers (bron 13). Dit is het zakencentrum, het CBD (Central Business District), met chique winkels, uitgaansgelegenheden maar vooral kantoren. Wonen is hier heel duur.

Slide 20 - Tekstslide

Noem soorten wijken die je in een stad kunt tegenkomen

Slide 21 - Woordweb

Er bestaan verschillende soorten woonwijken:

Ingedeeld naar ouderdom
- Vooroorlogs
- Naoorlogs
- Nieuwbouw
- Vinexwijk





Slide 22 - Tekstslide

Ingedeeld naar andere kenmerken
- Arbeiderswijk
- Gated community of hekwerkwijk
- Tuindorp
- Vogelaarwijk (achterstandswijk)
- Villawijk
- Wijken of buurten worden vaak genoemd naar een etnische groepering die vooral de wijk bevolkt (migrantenwijk of etnische enclave), zoals
Chinatown / Little Italy / Indische wijk / Molukse wijk / Klein Turkije


Slide 23 - Tekstslide

Ingedeeld naar andere kenmerken
- Bedrijventerrein
- CBD
- Industrie
- ??


Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Hoe verschilt de ligging van het CBD tussen Europese en Amerikaanse steden? 

Slide 26 - Tekstslide

CBD New York

Slide 27 - Tekstslide

CBD San Francisco

Slide 28 - Tekstslide

CBD Parijs
CBD San Francisco

Slide 29 - Tekstslide

CBD Amsterdam, oftewel de Zuidas
CBD San Francisco

Slide 30 - Tekstslide

Waaraan kan je een centrale zakenwijk herkennen?
A
aan dat er veel mensen wonen
B
aan de moderne wolkenkrabbers
C
aan hoe groot de stad is
D
of het financieel goed gaat

Slide 31 - Quizvraag

De juiste volgorde van wijken van buiten naar binnen in een moderne westerse stad is:
A
voorsteden, CBD, binnenstad
B
voorsteden, CBD, oudere woonwijken
C
voorsteden, oudere woonwijken, CBD
D
binnenstad, oudere woonwijken, voorsteden

Slide 32 - Quizvraag

Welk gedeelte van een moderne westerse stad zie je op de achtergrond?
timer
0:10
A
Suburbs
B
CBD
C
Primate city
D
Koloniale dubbelstad

Slide 33 - Quizvraag

De Europese stad. De opbouw van de Amerikaanse stad vind je ook terug in veel westerse steden. Het verschil is dat Europese steden vaak nog wél een historisch centrum hebben. Denk maar aan een stad als Amsterdam. Net als in Amerikaanse steden worden ook in Europa in oude buurten dicht bij het centrum huizen, pakhuizen en leegstaande fabriekspanden omgebouwd tot woningen voor rijkere stedelingen. Dat proces heet gentrificatie.

Slide 34 - Tekstslide

Gentrificatie 

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Wat is een nadeel van gentrificatie?
A
De leefbaarheid in een wijk gaat achteruit
B
Het aantal voorzieningen neemt toe in een wijk
C
De oorspronkelijke bewoners kunnen de huur niet meer betalen
D
Huizen worden opgeknapt door rijke bewoners

Slide 37 - Quizvraag

Wat is gentrificatie:
A
Veranderingen in een arme woonwijk als rijke mensen er verwaarloosde woningen kopen en opknappen
B
Het veranderen van een oude stad naar een modernere stad
C
Woonwijk waar de leefbaarheid tekortschiet. Heet ook probleemwijk
D
Het vernieuwen van woonwijken in een stad, zodat de leefbaarheid verbetert.

Slide 38 - Quizvraag

In vergelijking met westerse steden zijn de niet-westerse steden veel chaotischer opgebouwd. Dat komt omdat deze steden razendsnel, zonder veel planning, zijn gegroeid. Toch zit er ook enige orde in de chaos. De stad heeft:

Eén of meer zakencentra. Het CBD gaat steeds meer lijken op het zakencentrum in de rijke landen, met hoogbouw en glanzende kantoren.




Slide 39 - Tekstslide

Verspreid liggende industrieterreinen, soms nog vlak bij het centrum.
Woonwijken van de rijken met villa’s achter hoge hekken.
Krottenwijken overal waar nog plaats is, vaak waar rijkere mensen niet willen wonen. Het is er te gevaarlijk (steile hellingen, vlak langs een spoorlijn), het stinkt er (bij een fabriek of vuilnisbelt) of het ligt te ver van het centrum. Hier aan de rand van de stad liggen de jongste krottenwijken, de oudere zijn intussen opgenomen in de stad, opgeknapt en eerder volksbuurten dan sloppenwijken.

Slide 40 - Tekstslide

De ontwikkeling van Afrikaanse steden
Enorme groei door:
  • groot vestigingsoverschot 
  • hoog geboortecijfer 

Gevolg: 
De stad groeit enorm en slokt omliggende gebieden op. 

Slide 41 - Tekstslide

Opbouw van de niet-westerse stad
1 Één of meer zakencentra (CBD)
2 Verspreid liggende industrieterreinen
3 Woonwijken voor de rijken, achter hoge hekken
4 Krottenwijken. Vaak op gevaarlijke plekken. (langs spoorlijn, vuilnisbelt, steile helling, fabriek. 

Slide 42 - Tekstslide

Hier wonen vier miljoen mensen, maar een universiteit hebben wij niet.
A
westerse stad
B
niet-westerse stad

Slide 43 - Quizvraag

Hoe kan het dat de grens vervaagt tussen de stad en het platteland?
A
de westerse steden worden opgeknapt
B
de niet-westerse steden worden opgeknapt
C
de westerse stad word gemaakt zoals de niet- westerse steden

Slide 44 - Quizvraag

In een niet-westerse stad vind je een heel andere plattegrond dan in een westerse stad
A
ja, inderdaad
B
nee, het is hetzelfde

Slide 45 - Quizvraag

Wat is het verschil van een westerse en niet-westerse stad?
A
Westerse steden zijn veel luxer
B
Niet westerse steden hebben veel inwoners
C
Westerse steden zijn chaotisch opgebouwd
D
Westerse steden zijn niet chaotisch opgebouwd

Slide 46 - Quizvraag

Maak § 2.3. van je digitale boek

Slide 47 - Tekstslide