unité 3

unité 3
C'est qui? C'est quoi?
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

unité 3
C'est qui? C'est quoi?

Slide 1 - Tekstslide

Welk woord vind je difficile à prononcer = uitspreken? (App 1-2)

Slide 2 - Open vraag

C'est qui?

C'est une femme avec les cheveux blonds, elle est importante aux Pays-Bas, elle parle néerlandais et espagnol
A
le roi
B
la reine
C
Snelle
D
Maan

Slide 3 - Quizvraag

C'est quoi: VO?
réponds en néerlandais

Slide 4 - Woordweb

c'est quoi,
le Palme d'Or?

Slide 5 - Woordweb

C'est quoi, ce truc en papier?
App 7
A
Wie is dat, daar op papier?
B
Wat is dat, daar op papier?
C
Waarom is dat, dat papier?
D
Wat is dat, dat ding van papier?

Slide 6 - Quizvraag

het is een dier
A
ce sont des animaux
B
c'est un animal

Slide 7 - Quizvraag

het is een dier =

Slide 8 - Open vraag

Que font-nous aujourd'hui?
tu vas répondre aux questions sur:
App 1
App 2
les jours de la semaine
les nombres
quelques phrases d'App 7

Slide 9 - Tekstslide

Zet de jours in de bonne ordre, tu commences par zondag
lundi
jeudi
mardi
dimanche
mercredi
1
2
3
4
5

Slide 10 - Sleepvraag

le contraire de LOURD est LÉGER =

Slide 11 - Open vraag

beschermen =
A
télécharger
B
protéger
C
gagner
D
payer

Slide 12 - Quizvraag

Plaats ces nombres dans l'ordre van petit à grand!
A
B
C
D
E
cinquante-deux
soixante-quinze
quatre-vingt-quinze
soixante-cinq
trente-sept

Slide 13 - Sleepvraag

App 2: ze ziet de hoofdpersoon =

Slide 14 - Open vraag

App 2: onze vriendschap is onmogelijk =

Slide 15 - Open vraag

mijn mobiel =

Slide 16 - Woordweb

App 2: het is écht onmogelijk!

Slide 17 - Open vraag

il entend le bruit d'un accident grave=

Slide 18 - Open vraag

de kast =
A
l'endroit
B
l'amitié
C
le placard
D
le bruit

Slide 19 - Quizvraag

met quels mots
(welke woorden)
beschrijf je
UN PLACARD?

Slide 20 - Woordweb

tu peux décrire cet objet bizarre? =

Slide 21 - Open vraag

à la fin, personne n'a pu recommander une histoire =

Slide 22 - Open vraag

ik geef deze les een:
A
5
B
6
C
7
D
8

Slide 23 - Quizvraag

 App 5 = het bijv.nw.
uitlegfilmpje Libre Service  &  aantekening 

Deze bijv.nw. staan net als in het Nederlands vóór het znw!
bon-beau-jolie     
haut-long-petit    
grand-gros-nouveau       
vieux-jeune-mauvais

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Woordweb

wat ik goed vond, is...

Slide 26 - Woordweb