Les 1 - leesvaardigheid en woordenschat

• Mentorles
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 4

Leesvaardigheid

   

1. Jas over de stoel.

2. Leg op tafel: 

je leerwerkboek, je schrift, je leesboek en je etui.

Nederlands

Wat gaan we doen?

1. Lezen - fictieboek (pitch)

2. Leerdoelen

3. Uitleg - tekstopbouw

4. Aan de slag!

5. Afronden en opruimen

Wat gaan we doen?

 Leesvaardigheid (25%)

Je leert:

• Hoe een tekst is opgebouwd
• Verbanden en signaalwoorden
• Feiten, meningen en argumenten
• Leesdoelen en leesstrategieën

Boekenpitch (10%)

Op woensdag 5 februari houd je jouw boekenpitch. 

Je levert de voorbereiding (digitaal of geprint) uiterlijk 4 februari in.

Leerdoelen H1

• Je kunt de inleiding, het middenstuk en het slot in een tekst herkennen.
• Je kunt hoofd- en bijzaken onderscheiden.
• Je kunt de bedoeling van delen van teksten herkennen.

Inleiding

Het onderwerp wordt geïntroduceerd.

Bijvoorbeeld:

Vliegtuigen.

Inleiding

Inleiding

Inleiding

Inleiding

Inleiding

Middenstuk

Hierin wordt informatie over het onderwerpen in deelonderwerpen gegeven.

Onderwerp: vliegtuigen

Deelonderwerpen: geschiedenis vliegtuig, werking vliegtuigen, soorten vliegtuigen.

Slot

• de hoofdgedachte van de tekst genoemd

• een advies gegeven

• een conclusie getrokken

• een korte samenvatting van de tekst gegeven

• een toekomstverwachting genoemd: iets wat waarschijnlijk nog gaat gebeuren

• een vraag uit de inleiding beantwoord

• nieuwe informatie of een nieuw argument ingebracht.

Aan het werk!        

Maak opdracht 2 en 3 (blz. 13-15)

Hoofdgedachte: het belangrijkste van de tekst samengevat in één zin.

Als je klaar bent, lees je verder in je leesboek.

Leerdoelen H1

• Je kunt de inleiding, het middenstuk en het slot in een tekst herkennen.
• Je kunt hoofd- en bijzaken onderscheiden.
• Je kunt de bedoeling van delen van teksten herkennen.

Afsluiten

Ruim je spullen op. 

Wacht even tot de bel gaat. Tot de volgende keer :)

Leesvaardigheid

              3-2-2025

1. Jas over de stoel.

2. Leg op tafel: 

je leerwerkboek, je schrift, je leesboek en je etui.

Nederlands

Wat gaan we doen?

1. Lezen (pitch)

2. Herhalen - theorie Lezen H1

3. Opdracht 4 maken en nakijken

4. Afronden en opruimen

Pitch - lezen

Leerdoelen H1

• Je kunt de inleiding, het middenstuk en het slot in een tekst herkennen.
• Je kunt hoofd- en bijzaken onderscheiden.
• Je kunt de bedoeling van delen van teksten herkennen.

Inleiding

Het onderwerp wordt geïntroduceerd.

Bijvoorbeeld:

• De aanleiding noemen
• Een belangrijke vraag stellen
• Een mening/standpunt noemen...

Middenstuk

Hierin wordt informatie over het onderwerpen in deelonderwerpen gegeven.

Onderwerp: vliegtuigen

Deelonderwerpen: geschiedenis vliegtuig, werking vliegtuigen, soorten vliegtuigen.

Slot

• de hoofdgedachte van de tekst genoemd

• een advies gegeven

• een conclusie getrokken

• een korte samenvatting van de tekst gegeven

• een toekomstverwachting genoemd: iets wat waarschijnlijk nog gaat gebeuren

• een vraag uit de inleiding beantwoord

• nieuwe informatie of een nieuw argument ingebracht.

Aan het werk!        

Maak opdracht 4 (blz. 15-17)

Hoofdgedachte: het belangrijkste van de tekst samengevat in één zin.

Als je klaar bent, lees je verder in je leesboek.

Nakijken       

Opdracht 4

Pitch     

Je kunt jouw pitch nog even voorbereiden. Open het document in Teams.

Afsluiten

Ruim je spullen op. 

Wacht even tot de bel gaat. Tot de volgende keer :)

Leesvaardigheid

              11-2-2025

1. Jas over de stoel.

2. Leg op tafel: 

je leerwerkboek, je schrift, je leesboek en je etui.

Nederlands

Wat gaan we doen?

1. Startopdracht 

2. Uitleg - theorie H2 (verbanden &                                                                     signaalwoorden)

3. Opdracht 1 en 2 maken en bespreken

4. Afronden en opruimen

Verbanden

Verbanden

Verbanden

Hier een nieuwstekst.

Verbanden en signaalwoorden

Bij welk verband horen deze signaalwoorden...
tegenover, maar, hoewel, echter, toch

1. opsomming
2. conclusie
3. tegenstelling

"maar" is een signaalwoord voor welk verband?

1. opsomming
2. tegenstelling
3. voorwaarde
4. voorbeeld

"zo" is een signaalwoord voor welk verband?

1. vergelijking
2. concluderend
3. doel-middel
4. voorbeeld

Aan het werk!        

Maak opdracht 1 t/m 3 (blz. 53-55)

Hoofdgedachte: het belangrijkste van de tekst samengevat in één zin.

Als je klaar bent, maak je de woordzoeker met daarin de signaalwoorden.

Afsluiten

Ruim je spullen op. 

Wacht even tot de bel gaat. Tot de volgende keer :)

Leesvaardigheid

              12-2-2025

1. Jas over de stoel.

2. Leg op tafel: 

je leerwerkboek, je schrift, je leesboek en je etui.

Nederlands

Wat gaan we doen?

1. Leerdoelen + Startopdracht 

2. Herhalen - theorie H1 en H2 

3. Diagnostische toets (online) - hoe scoor je nu?

4. Oefenen: H1 of H2 - online (zie resultaat D-toets)

5. Afronden en opruimen

D-toets